• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to footer

Digging the digital

  • /Now
  • Nieuw? Start hier
    • Blogroll
    • Tag Index
  • Startgids Mastodon
  • WordPress en Indieweb
    • WordPress en het indieweb
    • Hoe gebruik je IndieAuth met WordPress
    • WordPress en webmentions
    • WordPress en Micropub
    • WordPress en de Post Kind plugin
  • Notities
  • Bookmarks
  • Likes

Article

Hoe werkt het volgen in de GNU Social universe?

12 April 2017 door Frank Meeuwsen

Een van de belangrijkste kenmerken van een sociaal netwerk is het kunnen volgen van andere accounts. Het is een heel normaal en logisch proces. Als je op Facebook zit, kun je ander Facebook-gebruikers volgen. Met je Twitter account volg je andere Twitteraars. Instagram? Idem!
Dat betekent dat ik één persoon op drie verschillende silo’s volg. Ik kan niet met mijn Facebook account een Twitter account volgen. Of vice versa.

Dat is logisch in de wereld van sociale netwerken en communities die we kennen. Je volgt elkaar op het netwerk waar je samen zit. Het netwerk heeft echter wel grenzen. De grenzen eindigen bij de domeinnaam van de eigenaar van het netwerk. Wellicht dat je met je Facebook account later nog wel Instagrammers kunt gaan volgen, aangezien het dezelfde eigenaar is. Maar Met je Linkedin account iemand op Snapchat volgen? vergeet het maar. En communiceren tussen twee verschillende accounts is al helemáál out of the question.

Maar op Mastodon en GNU/Social is dat geen probleem. En dat zorgt voor een brainbender voor veel mensen. Dat is niet zo vreemd. We zijn zó gewend om elkaar alleen te volgen op de silo waar we zitten. Maar in De Federatie kun je allerlei mensen volgen met elk account wat gebruik maakt van het onderliggende protocol oStatus.

Wat ik de afgelopen dagen vaak lees op Twitter is “Ik kom niet op Mastodon.social en hoe kan ik je dan volgen?” Hier zit volgens mij een aanname achter dat je op dezelfde instantie moet zitten als ik zit om me te kunnen volgen. De aanname is niet vreemd, want zie boven. Dat doen we al jaren. We weten niet beter. Maar joehoe! Dat hoeft dus niet! Want op Mastodon en GNU/Social bestaat zoiets als Remote Follow. Hiermee kun je vanaf elke Mastodon instantie of GNU/Social instantie iemand anders volgen op een andere instantie.

Een voorbeeld: Recent is Digital City Groningen een eigen instantie gestart. Hier zitten Mastodon gebruikers uit Groningen, waaronder Lykle de Vries. Zijn adres is https://mastodon.groningendigitalcity.com/@Lykle. Mijn adres is https://indieweb.social/@frank. In de situatie met Twitter en Facebook zouden Lykle en ik op verschillende netwerken zitten en elkaar dus niet kunnen volgen met deze adressen.

Hoe werkt Remote Follow

Maar Mastodon en GNU/Social is anders. De onderliggende technologie en protocol oStatus maakt het mogelijk dat Lykle en ik elkaar wel kunnen volgen met deze adressen en berichten kunnen sturen. Dit werkt via Remote Follow. Dit gaat als volgt. Stel ik wil het account van Bart Breij volgen. Hij zit eveneens bij Digital City Groningen: https://mastodon.groningendigitalcity.com/@Scarbir

<>

Ik ben ingelogd op mijn account op Mastodon.social en klik op de knop Remote Follow die op zijn accountpagina staat.

<>

Op de volgende pagina is mijn Mastodon account al ingevuld maar het kan zijn dat je deze zelf nog even moet invullen. De schrijfwijze is username@domain.ext. Eigenlijk zoals een mailadres. Klik op Proceed to Follow

<>

Ik krijg nogmaals een check dat ik zeker weet dat ik Bart ga volgen. Klik op Follow.

<>

En dat is het. Nu volg ik met mijn Mastodon.social account Bart die op Digital City Groningen zit.

Aandachtspunten

Er zijn een paar zaken waar je rekening mee moet houden

  1. Als je niet bent ingelogd op je eigen instantie zul je nog een tussenscherm krijgen waarbij je je loginnaam en wachtwoord moet geven.
  2. Als je de eerste en laatste schermafbeelding vergelijkt zie je dat het aantal toots, following en followers niet overeenkomen. Wat je ziet als je in je eigen instantie zit is het aantal posts wat voor jouw instantie zichtbaar is, het aantal personen die Bart volgt die op dezelfde instantie zitten als ik en het aantal mensen die Bart volgen van dezelfde instantie als ik zit.
  3. Er zijn servers die niet worden toegelaten op andere servers om te federaten ofwel om de toots te zien van die instantie. Dat betekent dat je personen op die andere instantie niet kunt volgen. Daar kom je snel genoeg achter. Het volgen werkt dan gewoon niet. Welke instances op een blacklist staan van de instance waar jij op zit is niet direct duidelijk. Er is geen publieke lijst van bekend. Tevens krijg je een typische server foutmelding als hierdoor het volgen niet werkt. Hier kan de gebruikerservaring nog wel worden verbeterd…
  4. Dit werkt niet alleen met Mastodon-instanties maar ook met de “oudere” GNU/Social instanties zoals Sealion.club en de vele anderen die al jaren bestaan. Hier zie je wederom de Remote Follow knop.

Tot zover een eerste opzet hoe je mensen op andere instanties kunt volgen. Have fun! Kies een instantie en toot!

Filed Under: indieweb Tagged With: mastodon, open-web

Redesign de Mastodon federatie!

11 April 2017 door Frank Meeuwsen

Yep. Deel 3 in mijn Mastodon avonturen. Zoals ik in deel 1 al schreef, ik heb meerdere invalshoeken en ideetjes waar ik het hier over wil hebben. Vandaag wat gedachtenkronkels over het design van Mastodon. Niet over de al veelbesproken driekolom structuur die van Tweetdeck is geleend. Maar juist wat je ziet als je nog niet bent ingelogd in Mastodon.

It’s all in the brand…

Mastodon kun je op je eigen server installeren. Mastodon is niet een centraal geleid netwerk zoals Facebook en Twitter waar je op één plaats je inschrijft en inlogt. Iedereen die er wat tijd en elbow grease in steekt kan een eigen Mastodon server opzetten. Er is inmiddels al een aardig stappenplan hoe je dat kunt doen.

Echter, na die installatie zit je met een standaard vormgeving van Mastodon. Niet alleen in de drie kolommen voor je posts, maar eveneens bij het eerste contact wat je bezoekers hebben met de site. Een voorbeeld?

Zie hier de startpagina van het vlaggeschip Mastodon.social

<>

Hier de startpagina van een instantie die Groningen heeft geinstalleerd.

<>

En hier de startpagina van de instantie van podcast No Agenda.

<>

Zie je de verschillen? Die zijn er inderdaad niet. Waar het grootste verschil zit is achter deze link.

<>

Op de vervolgpagina kun je als beheerder van de instantie meer vertellen over het hoe en waarom en wat de richtlijnen zijn van de instantie. Wederom even de screenshots

Mastodon.social

<>

Groningen

<>

No Agenda

<>

Je snapt al waar ik heen wil denk ik. Als een argeloze bezoeker heb ik geen idee wáarom ik voor welke instantie zou moeten kiezen. Wat is het voordeel van bv Groningen ten opzichte van een andere instantie? Is MS.social sneller dan No Agenda? Welke onderwerpen worden er besproken?

Kortom, het merkdenken is (begrijpelijk) nog niet echt doorgedrongen bij de software ontwikkelaars. Ik vind dat geen ramp, laat alles zijn eigen tijd krijgen. Maar ik zou het wel interessant vinden in dit open source project (Github broncode) als er een fork komt waarin je je eigen startpagina kunt maken. Een betere onboarding om nieuwe gebruikers te begeleiden in deze federatie van instanties.

Publieke tijdlijn

Wat hier goed kan helpen is een publieke tijdlijn per instantie. Ik heb een schreeuwende onwetendheid wat betreft de installatie van Mastodon maar het zou interessant zijn om de lokale tijdlijn publiek te zetten voor niet-ingelogde gebruikers. Zo kunnen ze een idee krijgen wat er op de instantie gebeurt en of het de moeite waard is om je bij aan te sluiten. Twitter had in de begindagen een publieke tijdlijn en dat werkte wel om duidelijk te maken wat de waarde van Twitter kan zijn voor je.

Open source

Het mooie is dat Mastodon open source is. Elke team van design en tech kan de broncode pakken en bovenstaande mogelijk maken. Ik ben geen designer noch een begenadigd programmeur. Ik heb wel ideeën hoe zo’n volgende stap zou kunnen zijn voor de software. Of in elk geval een fork er van. Wil je hierover meedenken en kijken wat mogelijk is? Laat het me weten op Mastodon of Twitter. Whatever your flavor is…

Filed Under: indieweb Tagged With: mastodon

Waarom is Mastodon zo leuk voor me?

4 April 2017 door Frank Meeuwsen

Eind 2016 was daar ineens Mastodon, een nieuw sociaal netwerk. Weer een nieuw netwerk? Hebben we nog meer sociale netwerken nodig op het internet? Misschien niet. Misschien hebben we betere manieren van communiceren nodig. Maar het nieuwe platform heeft een open karakter en kan een interessant alternatief zijn voor Twitter en Facebook. Of het levensvatbaar is? Ik weet het nog niet…

Wat is Mastodon?

Ik was de afgelopen dagen bezig om een overzicht te maken over het hoe en wat van Mastodon. Maar inmiddels zijn er genoeg Nederlandstalige artikelen verschenen die de basis prima uitleggen. Check onder andere Dutch Cowboys en Marketingfacts als je een quick intro in Mastodon wilt. Of deze Beginnersguide. Tevens schreef Handpicked een fraaie editie over Mastodon met een dwarsdoorsnede van wat internationale artikelen.

Ik ga dat daarom hier allemaal niet herhalen. Mijn oorspronkelijke plan was om hier onder andere wat meer de diepte in te gaan op de mogelijkheden van Mastodon, waar de beperkingen nu nog liggen in design en gebruik. Maar ik merkte dat ik steeds bezig bleef met nieuwe artikelen lezen, nieuwe inzichten. Dus in plaats van één groot artikel, wellicht de komende tijd wat kleinere. Met links, screenshots en verdieping waar mogelijk. Voor mij is het een manier om mijn eigen gedachten een plek te geven over de Mastodon hausse de afgelopen dagen. Niet in de minste plaats ingegeven door de geweldige artikelen van anderen die ik hier natuurlijk zal linken.

Mensen die me al langer kennen dan vandaag weten dat ik ongenadig enthousiast kan worden over nieuwe online diensten. Ik leg graag eens uit waar dat door komt en waarom Mastodon nu mijn aandacht heeft.

Waarom NU weer Mastodon?

Mijn goede vriend Mark de Kock schetst op Linkedin zijn eerste schreden op Mastodon en hij refereert aan “dezelfde groep vrienden uit zijn netwerk” die als een van de eersten allerlei nieuwe online diensten proberen. Yeah…that would be me as well… Hij heeft gelijk. Ik ken Mark al zo’n 15 jaar, uit de tijd dat bloggen “een dingetje zou worden”.

Het is een rode draad in mijn leven. Toen ik in 1994 nog HEAO Communicatie studeerde en voor het eerst het Internet zag, wist ik dat ik dat moest proberen. Niet van de zijlijn kijken wat het gaat doen. Maar een duik in het diepe en zie maar wat er gebeurt. Het gevoel dat je als eerste in een zwembad springt, vroeg in de ochtend, als de waterspiegel nog zo strak als een biljartlaken is.
Zoals ik al eerder schreef over het belang van View Source in browsers, ik ben altijd nieuwsgierig naar alle nieuwe digitale ontwikkelingen. Als het mogelijk is, spring ik er vol in. De aantrekkelijkheid van het internet voor mij is de vrijheid. De absolute vrijheid die je kunt nemen om te schrijven, maken, publiceren en distribueren wat je wilt en hoe je dat wilt.

Speech

Die vrijheid vond ik in de beginjaren van het internet op IRC en Usenet. Begin jaren ‘90 leerde ik op school hoe marketing en communicatie via de desbetreffende afdelingen zou moeten. Met alle vertragingen, wolliger taalgebruik en “meer-van-hetzelfde” wat daar vaak bij komt. Maar ik zag op het internet het tegengestelde ontstaan. Geen voorgekookte marketingplannen maar de vrijheid om te doen wat je wilt.

Die vrijheid van meningsuiting is in mijn mening geen vrijbrief voor hatespeech maar tegelijkertijd is het een moeilijk evenwicht wat je wel en niet kunt zeggen. Paul Graham heeft hier een zeer interessant essay over geschreven, hoe bepaal je wat je wel en niet kunt zeggen? Dat lijkt heel makkelijk, maar loop eens door de geschiedenis en je ziet dat het niet zo simpel is.

Wat heeft dat te maken met Mastodon?

Zoals ik al zei, de aantrekkingskracht van het internet voor mij was dat je kunt zijn wie je wilt zijn. Ik heb daar zelf nooit actief gebruik van gemaakt, maar het gebruik van alter ego’s en het vinden en vormen van je identiteit is iets wat achter de relatieve anonimiteit van een scherm beter gaat dan op een publiek dorpsplein.
Daarom waren blogs voor mij een logisch gevolg na IRC en Usenet. Een nieuwe vorm, een nieuwe stijl, een nieuw format om je ideeën te delen. Met welke identiteit je maar wilt.
In de begindagen van de blogs lag The Cluetrain Manifesto in de boekhandel. Dat is een van de boeken die me een richting op heeft gestuurd die ik zocht. De stellingen in het boek zijn meer dan ooit belangrijk. Eén van die stellingen springt er nog altijd uit voor me: Hyperlinks subvert hierarchy.

Of het nu om regeringen, lokale overheden, bedrijven of onderwijs gaat. Het internet zorgt dat hierarchische verhoudingen onder druk staan. Links naar andere ideeën, nieuwe inzichten en revolutionaire gedachten zijn zo gemaakt en niet te stoppen. Zoals de schrijvers van de originele Cluetrain zeggen in hun New Clues:

The Net’s super-power is connection without permission. Its almighty power is that we can make of it whatever we want.

Maar goed, een logisch gevolg van de groei van het internet en de komst van meer gebruikers waren de sociale netwerken. Twitter, Facebook, Instagram, de lijst gaat maar door. Prachtige nieuwe mogelijkheden om te vinden, verbinden en delen. Maar wel onder de voorwaarden van de netwerken. Daar hoeft niets mis mee te zijn. Dat gaat heel lang goed. Tot het fout gaat. De voorbeelden bij Facebook stapelen zicht op, Twitter lijkt ook het spoor wat bijster te zijn. Maar een van de meest opvallende voorbeelden dit weekend kwam van Livejournal. Ik wist niet dat het nog bestond, maar wat blijkt? Deze populaire dienst in de jaren ‘90/00 is een tijd terug in Russisch bezit gekomen. De blogservice is vooral nog populair onder scifi en fantasy schrijvers en fans. De nieuwe eigenaar heeft de gebruikersvoorwaarden aangepast waardoor het plaatsen van LGBTQ content verboden is. Welnu, ik zie zo’n radicale verandering niet snel bij Facebook of Twitter, maar het zet je wel aan het denken.

Ik hou van Twitter. Ik heb een haat-liefde verhouding met Facebook. Ik ben onder de indruk van de manier waarop ze technologie, sociologie en design principes combineren om een groeiende groep gebruikers hooked te maken aan de tijdlijn. Daar ligt tegelijk het moeilijke voor me. Ja het zijn de grote netwerken waar veel gebeurt en waar je connecties kunt leggen. Maar ten koste van wat?
Het internet zou vrijheid moeten bieden voor iedereen maar inmiddels is het een gouden kooi geworden. Dat heldere vlakke zwembad waar ik ‘s ochtends in dook lijkt nu een ondoorzichtige modderpoel geworden van dataverzamelaars, privacyschuivers en advertentienetwerken. We beschermen ons met adblockers, anonieme browsers en VPN software. The web looks like shit.

Dáár komt Mastodon voor me om de hoek.

< >

< >

Het lijkt dat de tijd rijp is voor iets nieuws. Voor iets anders. Niet radicaal anders. Maar een voortzetting van wat we al kennen. Een verbetering van wat we al kennen. En het lijkt dat Mastodon erg goede kaarten heeft. Ja er zijn stapels mitsen en maren, meneren en mevrouwen social media experts en Twitter-lovers. Hou je pek en veren nog even bij je. Daarover een andere keer meer. Maar is Mastodon misschien toch die ene disruptor?

< >

Er zit iets in dit project van de 24-jarige Eugen Rochko wat bij mij weer dat vuurtje doet aanwakkeren van het originele internet. Ik las hier al over 90s cyberoptimisme. Dat internet zoals ik het voor het eerst zag in 1994 en wat mijn leven veranderde. Het moment van Mastodon lijkt goed te zijn. App.net en Diaspora waren te vroeg. Peach te quirky en Ello te niche. Mastodon lijkt een aantal dingen goed te doen en het tij mee te hebben.

Daarom hou ik het in de gaten en hoop ik dat we de niche netwerken van toen terugkeren. Een nieuwe vorm van communitybuilding. Zoals dat ooit begon op het web. Communities rondom gezamenlijke interesses. Een community die op een eigen, organische manier zich vormt en eigen regels stelt. Regels die niet primair zijn opgelegd door het overkoepelende netwerk maar die een community zelf ontwikkelt. Die communities zijn niet per direct marketinggedreven of gaan alleen over social media (ik ken mijn lezers een beetje…), maar kunnen over vanalles gaan.

Daarover een andere keer meer. Lees gerust hier al wat over communities op Mastodon. En zoek me op bij Mastodon. Of maak een account op een server die je bevalt en neem een duik in dit nieuwe zwembad. Je zult echt niet verdrinken. Beloofd. Toot!

Filed Under: indieweb Tagged With: internet, mastodon

10 jaar en 60.000+ tweets verder

6 March 2017 door Frank Meeuwsen

Eigenlijk is het best opvallend dat ik vanaf dag één Twitter dagelijks bezocht. Met elk nieuw netwerk of nieuwe site moet ik even wennen. Zit het nog niet echt in mijn systeem. Maar bij Twitter was dat direct wel zo. Nu was het nog niet druk in maart 2007, dus ik kon met gemak doorlezen wat ik had gemist. Mijn lijst met volgers was nog niet zo groot en we waren niet zo alom aanwezig op Twitter als nu. Je kon dus met gemak even Twitter uitlezen aan het einde van de dag. Heerlijk!

Vandaag ben ik 10 jaar verder op Twitter. Het microblognetwerk van weleer is onherroepelijk veranderd en het heeft zijn eigen unieke plaats gekregen in de moderne cultuur. Het is niet mijn bedoeling om hier een complete geschiedschrijving van de afgelopen 10 jaar te geven. Dan kan ik beter een boek gaan schrijven en trouwens, jullie kunnen al mijn tweets gewoon teruglezen als je dat wilt. Kun je je eigen geschiedenisverhaal maken.

Eigenlijk gebeurde er best veel in die eerste dagen. Zo was er op 24 maart 2007 een debat in De Balie in Amsterdam over Web 2.0. Ja mensen, dat bestond toen nog, dat web 2.0! Ik had al een kaartje en ’s middags bedacht ik me…

https://twitter.com/frankmeeuwsen/status/12159681

Terugkijkend was het maar voor een klein publiek en had het misschien weinig om handen. Als ik zie hoe vanavond over het Carrédebat wordt getwitterd, dat is ongekend. Destijds zat ik in de zaal met mijn laptop open en twitterde over de avond. Naast de livestream die er was en een apart chatkanaal. Ik kan me eerlijk gezegd niet meer exact herinneren waar het die avond over ging, maar als ik mijn blogpost van die avond teruglees was het best een bijzondere avond. Door de stream, het chatkanaal en de rol van Twitter groeide ineens de interesse voor het debat. Het waren de eerste tekenen van Twitter als realtime verslagleggingskanaal. Een paar maanden later zal Pinkpop eveneens te volgen zijn via Twitter, met dank aan het vooruitstrevende team van VPRO en 3voor12. Hashtags bestonden niet, maar door je tweets te beginnen met PP werd je onderdeel van de verslaglegging, kon je vragen stellen en recensies geven. Of met een biertje gewoon meekijken en soms wat tweeten…

https://twitter.com/frankmeeuwsen/status/81469512

Het zijn momenten die nu heel normaal zijn. Het is makkelijker dan ooit om realtime, direct en ongefilterd iets de wereld in te gooien. Met hashtags, retweets en de media die alles in de gaten houden kunnen je 140 karakters zieleroerselen wereldnieuws worden. Ik vergelijk Twitter meestal met het café waar je met vrienden bent. Het is onherroepelijk veranderd in een zeer publiek en openbaar plein waar iedereen op zijn eigen zeepkist staat te roepen. Ik heb zoveel uit Twitter gehaald, maar tegelijkertijd merk ik dat het ook iets heeft weggenomen. Of op zijn minst veranderd.

Al vanaf de eerste dagen op internet ben ik aangetrokken door de mogelijkheid om een groot netwerk van gelijkgezinden te vinden. Of dat nu met de eerste nieuwsgroepen was, de mailinglists waar ik muzikale vrienden maakte of met mijn blogs, het web zorgde er voor dat mijn professionale en prive netwerk zich tot over grens reikte. Met Twitter kwam dat in een stroomversnelling, met name hier in Nederland. Al vrij snel was er een groep twitteraars, de twitterazi, die elkaar vonden op de tijdlijn maar ook daarbuiten. Op netwerkborrels, events en in de kroeg. Twitterborrels werden een klein fenomeen met café Mulligans in Amsterdam als ground zero van twitterazi uit de online industrie.
Maar ook als het gaat om designers, fotografen, organisaties en merken, langzaam maar zeker werd Twitter een startpunt voor elke zoektocht naar iets. En naarmate je eigen netwerk groeit en je zelf net zoveel geeft als vraagt, zul je merken dat het effect heeft om de juiste vragen te stellen op Twitter. Ik ben nog elke dag blij met Twitter als ik zie hoe mensen elkaar kunnen helpen. Met simpele kennisvragen, een hart onder de riem of offline hulp.

Ondanks dat Twitter nooit echt heel groot geworden in Nederland. Of eigenlijk overal wel. Ze hebben zich de brood van het bord laten eten door Facebook. Maar ondanks dat heeft Twitter zijn eigen plek gekregen in het medialandschap. Bij een populair progamma als Wie is de Mol krijg je in de nabeschouwing tweets te zien, geen Facebook berichten. Bij grote gebeurtenissen kijken we naast het live verslag op TV eveneens op Twitter waar “de mening van het publiek” is te vinden. Dat is iets wat me nog altijd aan Twitter trekt, het is live, het is rauw en het is ongefilterd. Of het nu om Wie is de Mol gaat of de slowmotion trainwreck die in het Witte Huis gaande is.

Maar Twitter is niet alleen rozegeur en maneschijn. Ik merk dat in de afgelopen 10 jaar Twitter toch iets heeft weggenomen. Of in elk geval mede mijn gedrag heeft veranderd.
Mijn blogactiviteiten staan vrijwel stil. Voorheen werden mijn ideeën al snel een blogpost, hoe on-af en incompleet het kon zijn. Nu wordt het een tweet. Dat steekt me af en toe. Maar toch is Twitter hier niet de enige schuldige aan. In de afgelopen 10 jaar is mijn leven veranderd. Twee kinderen en een gezinsleven dragen bij aan een andere indeling van mijn dag en vrije tijd. Omdat ik vrijwel de hele dag online ben wil ik ’s avonds niet meer heel actief zijn en zelf nog creatief zijn op mijn laptop. Misschien iets om de komende 10 jaar weer eens op te pakken…

Twitter is een katalystor geweest in de stilstand van mijn eigen online publicaties de afgelopen jaren maar tegelijkertijd heeft het me enorm veel gebracht in termen van professioneel netwerk en nieuwe vrienden voor het leven.

De volgende 10 jaar?

Het voelt wat vreemd om stil te staan dat je 10 jaar actief bent op een online platform. Maar toch is het wel een momentje voor me. Toen ik in juli 2006 voor het eerst over Twitter las wimpelde ik het weg als een slechte Hyves kloon. Wat moet je daar nu mee? Maar erwin blom liet me na SxSW 2007 zien wat Twitter echt was. Ik had een half jaar zitten slapen maar was daarna klaar wakker. Net als bloggen in de jaren ’90 zou Twitter een nieuwe revolutie teweeg brengen. Maar wist ik veel toen ik mijn eerste tweets de wereld in gooide dat het zo’n impact op mijn leven zou hebben. Als ik naar mijn Twitter archief kijk dan valt me op dat ik lang niet meer zoveel post als jaren terug. Maar ik volg wel veel meer via Twitter dan voorheen. Twitter is vaak het eerste wat ik zie op mijn telefoon in de ochtend en het laatste voor ik ga slapen.

Natuurlijk zijn er nadelen aan Twitter. Het kunnen aanpassen van een tweet vind ik onnodig, niet in de minste plaats omdat je dan nog eens leert hoe je hereby schrijft 😉 Maar de hoeveelheid spam accounts, trolls en negativiteit is teveel aan het worden.
Het bedrijf Twitter zwalkt naar alle kanten. Er is geen duidelijke visie, geen duidelijk verdienmodel en de vraag is hoelang het nog duurt voor Twitter om valt.

Is er dan een alternatief? Ik heb een zwak voor Mastodon zoals ik dat had voor App.net maar er is het aloude probleem, je vrienden zitten er niet. Wat me opvalt uit mijn eerste tweets is dat ik dat gevoel bij Twitter helemaal niet had. Ik maakte óp het platform nieuwe vrienden. Nu is dat veel anders, omdat elk platform gebaseerd op een tijdlijn en account vergeleken worden met de groten. En dan is al snel de reden dat er geen vrienden zijn de reden om er niet mee door te gaan. Want er zijn al zoveel netwerken om bij te houden. Zolang we niet en masse overstappen zal dat dus niet veranderen.

Met dit tienjarig jubileum heb ik met de gedachte gespeeld om alles mijn account weg te gooien en compleet opnieuw te beginnen. Een nieuwe groep volgers, opnieuw je vrienden vinden en gewoon opnieuw beginnen. Maar ik kan eigenlijk geen reden bedenken die het echt waard is om dat te doen. Het kan zin hebben als je een nieuwe carrière wilt starten. Als je een nieuwe identiteit hebt. Als je afstand wilt nemen van het verleden. Maar ik ben juist wel trots op dat verleden. Ik ben blij dat ik die tien jaar op Twitter rondhang, inclusief alle tweets die er bij horen. Iedereen die me volgt weet waar mijn liefde ligt. Rockmuziek, goede biertjes en een open vizier. Ik ben soms te snel met mijn mening en ik kan tekstueel wat onhandig uit de hoek komen. Oh well. Fuck it. Dat hoort er bij en maakt wie ik ben.

Ik stelde me laatst de vraag, waarom blijft Twitter aantrekkelijk voor me? Als ik nadenk over mijn eigen antwoorden dan zijn het dezelfde redenen waarom blogs aantrekkelijk voor me blijven. Ik kan even snel inpluggen om te zien wat mijn online vrienden bezighoudt. Ik hou een vinger aan de pols op mijn vakgebied én het nieuws van de dag. Wat vinden “we” er van?

Daarnaast is Twitter ook ontspanning en entertainment. Ik word meer en meer fan van Twitterbots die het netwerk onveilig maken met hun absurditeiten en vervreemdende tweets. Het is een gezond tegenwicht voor de stroom van nieuws en strategisch doordachte 140 karakters die op gezette tijden worden uitgezonden. Het wordt tijd dat Twitter weer wat losser wordt. Minder social-media-content-marketing-gedoe en meer shooting from the hip.

Zou er weer een Twitter Bowlr team komen?

Filed Under: social Tagged With: twitter, verjaardag

Dsxyliea

3 March 2016 door Frank Meeuwsen

Ik kwam deze site tegen waar haarfijn wordt uitgelegd hoe dyslexie werkt. Via Twitter kwam de vraag om een Nederlandse tekst. Bij deze de vertaling van de originele site:

“Een dyslectische vriend beschreef me eens hoe zij het lezen van een tekst ervaart. Ze kan wel lezen, maar het kost veel concentratie en de letters lijken rond te springen.
Ik bedacht me of het mogelijk zou zijn dat gevoel in Javascript na te bootsen voor een website. Ja dus.

Wil je je eigen versie maken? Maak dan op Github een Fork it van het origineel.”

Disclaimer: Deze site en onderstaand voorbeeld zijn geen wetenschappelijke uitleg over dyslexie. Ik claim niet een expert op het gebied te zijn. Het is een oefening in code die ik heb overgenomen en vertaald om enigszins een idee te geven hoe dyslexie werkt. Wil je meer weten, check dan officiële en wetenschappelijke kanalen.

Dyslexie (uit het Grieks dys- (“beperkt”) en lexis (“woord”), dus beperkt lezen; ook wel (onterecht) als woordblindheid aangeduid) is een term die in de wetenschap gebruikt wordt voor ernstige problemen met het kunnen lezen van woorden.

Onderzoek vanuit de neuropsychologie heeft aangetoond dat er verschillende vormen van dyslexie bestaan. Deze hangen samen met specifieke problemen die men kan ondervinden bij het lezen van woorden. Dyslexie kan optreden bij kinderen als ontwikkelingsstoornis, of als gevolg van hersenbeschadiging. Kinderen die het predicaat ‘dyslexie’ krijgen, blijken een heterogene groep te vormen. Er kunnen problemen zijn in het herkennen van het visuele woordbeeld, of problemen in de sfeer van begrijpen van taal en klanken. De meeste dyslectische kinderen (85%) blijken daarbij niet zozeer moeite te hebben met het herkennen van het visuele woordbeeld, maar met het verbinden van een letter met een klank.

Bron: Wikipedia

Filed Under: webtech

Blogheld Wim de Bie

6 January 2015 door Frank Meeuwsen

In 2010 publiceerde ik het boek Bloghelden, een persoonlijke geschiedenis van de Nederlandse weblogwereld tussen 1995 en 2005. Een van de bloggers die ik interviewde was Wim de Bie. Een hele eer om bij hem thuis te zijn en hem in zijn werkkamer te spreken. Daar waar hij al die geweldige stukken voor Bieslog schreef. Op 6 januari is Wim de Bie te gast bij Top Names van Fast Moving Targets. Daarom vind je hieronder het interview wat ik met Wim had, zoals het in Bloghelden is verschenen.

Bieslog header

##Wim de Bie

Ik vind bloggen een vorm van snelcolumnisme

http://www.bieslog.nl

Na het stoppen van Keek op de Week met Kees van Kooten vond ik het prettig om door te gaan met wat ik het liefste deed, uitzenden. Ik wilde altijd al dingen vertellen tegen een publiek en ik vond dat ik dat moest blijven doen. Uitzenden in de media is de motor van al mijn doen. Ik zag de eerste stappen van Alt0169 op het web en ik vond dat direct erg fascinerend. Corrie Gerritsma en haar initiatieven met de webcam zijn voor mij de reden geweest om dat begrip uitzenden via internet te gaan ontwikkelen. We hebben toen al meteen live experimenten gedaan. Zij liet mij zien wat er mogelijk is online. Ik heb haar later voor Bieslog geïnterviewd.

Ik heb op Blogspot een eigen account aangemaakt in juli 2001 en ben zelf gaan experimenteren met het medium weblog. Ik noemde het mijn eigen krantje, zo heb ik het altijd genoemd. Door mijn historie met tv en radio voelde ik me zowel de hoofdredacteur van mijn krantje en een programmamaker. Dus ondanks dat eigen krantje op het internet had ik wel het gevoel dat ik hier meer van kon maken. In de zomer van 2001 heb ik bij de VPRO een plan weggelegd voor een eigen programma op internet. Gebaseerd op een weblog inclusief beeld en geluid. De VPRO zag dat plan zeker zitten en we gingen aan de slag om het waar te maken. Op 20 februari 2002 startte ik met Bieslog.

Bij de start van Bieslog hield ik vast aan dezelfde twee uitgangspunten die ik voor mijn eigen krantje had:

  1. Het moet persoonlijk zijn, dan kun je namelijk alles behandelen.
  2. Het moet dagelijks, ook in het weekend. Als het kan twee tot drie keer per dag

Ik heb me daar zo veel mogelijk aan gehouden. Aan de andere kant, ik zou ze zo bijstellen als daar de behoefte aan was, maar in de praktijk bleek dat niet nodig. Deze uitgangspunten werkten goed voor mij.

Ik had wel een deadline voor mezelf. Elke ochtend om negen uur moest er iets staan. Want als je programmamaker bent dan hou je aan dit soort regels vast. Dit was de enige regel die ik overnam uit het klassieke programmamaken. Voor de rest vond ik het een openbaring dat ik me aan geen enkele regel hoefde te houden. In de tijd van Keek op de Week hadden we altijd 25 minuten uitzendtijd op de zondagavond. Als we zo’n programma gingen maken dan moesten we uitgebreid en ver van tevoren al doorspreken wat we gingen doen. Maar met Bieslog had ik ineens alle vrijheid of ik iets in tekst, beeld of geluid wilde doen. Mijn stukjes konden elke lengte hebben, ze konden over elk onderwerp gaan, zolang het maar persoonlijk was. Als ik met Kees dit medium eerder hadden gekend, dan waren we er zeker samen mee aan de slag gegaan.

Ik had een dagtaak aan het blog. Het was voor mij een betaalde baan, daarom voelde ik me een vreemde eend in de bijt. Dat verwijt kreeg ik weleens van anderen, dat ik betaald werd voor het bloggen. Ik heb me nooit een blogger genoemd, ik vond dat ik niet in die cirkel thuishoorde. Dat is geen dedain of arrogantie, maar omdat ik als betaalde programmamaker bezig was, met een technische staf achter me die me konden helpen. Ik gebruikte wel het format en de technieken van een weblog, maar ik ben me programmamaker blijven noemen. Daarom ben ik nooit de Dutch Bloggies komen ophalen, ondanks dat ik wel in de buurt was. De prijzen staan vol trots in de vitrine. Maar ik vond dat ik niet op die uitreiking thuishoorde, omdat ik toch op een andere manier bezig was met het medium dan de andere bloggers. Ik volgde het allemaal wel. De Dutch Bloggies, de weblogmeetings die werden georganiseerd. Maar ik was altijd meer een programmamaker dan een blogger.
Alle artikelen worden bij elkaar gehouden omdat het mijn keuze is. Op den duur ga je wel mijn smaak of invalshoek herkennen en dat vind je leuk of niet. In mijn geval was de persoonlijke inval belangrijk, maar je zag wel nog mijn verleden met de Bescheurkalender en wat typetjes. Maar ik hoefde niet meer strikt satirisch te zijn. Ik was het wel graag, maar ik kon het nog eens over een boek of een film hebben. Ik merkte dat die artikelen op prijs werden gesteld. Die opmerkingen kwamen inderdaad niet via de reacties binnen, want die stonden uit. Ik heb de reacties nooit aangezet. Dat is me niet altijd in dank afgenomen, want het was niet “des internets” om de reacties uit te zetten op je weblog. Maar ik zag het niet zo zitten om de reacties open te zetten. Ik dacht daarbij toch aan de veelvoud van wat ik al per e-mail binnenkreeg en al dat geschreeuw in de reacties. Ik had daar geen zin in en ik zou het zeker gaan modereren, wat me weer tijd zou kosten.

Maar ik heb altijd gedacht: Ik maak iets en ben benieuwd naar het commentaar. Dus stuur me dat per e-mail. Ik heb alle e-mails altijd gelezen en ik doe dat nog steeds. Alles wat ik binnenkrijg lees ik, maar ik beantwoord niet alles.

Bieslog is al sinds november 2008 niet meer actief maar met name de artikelen in dossiers en archieven worden nog steeds dagelijks bekeken. Ik kijk inderdaad elke dag even op de statistieken en ik vind het dan zo leuk om te zien dat er nog steeds mensen zijn die de oude artikelen of filmpjes komen bekijken. Op tv is alles enorm vluchtig, op internet ook, maar desondanks kun je veel nog altijd weer terugvinden, dat is prettig.
Ik vind bloggen een vorm van snelcolumnisme. Ik lees ‘s ochtends iets in de krant en ik wil er dan direct iets over schrijven. Dat hoeft niet, maar je wilt zo snel mogelijk iets delen met anderen. Dat is het rare van het medium, dat het direct wordt gepubliceerd. Ik heb wel overdag artikelen zitten verbeteren. Beetje scherper maken, wat woorden aanpassen, maar ik heb er nooit iets afgehaald.

In Nederland hebben blogs niet echt een rol in de publieke opinie. Het zou mooi zijn als we zoiets in Nederland zouden krijgen. Een echt nieuw geluid wat online klinkt. En nieuwe visie. Daar is internet en daar zijn weblogs het medium voor.

Maar de weblog heeft nu zoveel verschillende betekenissen gekregen. Je ziet nog steeds dat het moeilijk is. Een blog een week bijhouden is niet moeilijk, maar maand in maand uit, dan begint het op werk te lijken. En uiteindelijk krijg je de groep volhouders die steeds kleiner wordt en die richten zich op het maken van echt unieke content.

Ik vind het geen punt dat er juist door het democratische karakter van het medium internet zoveel bagger online komt. Het is waar je zelf voor kiest, wat je het liefste doet. En daar vind je publiek voor of niet, dat is het.

Bieslog is nu wel echt klaar. Ik zou door kunnen gaan. Maar ik wilde het zelf stoppen. Ik was er klaar mee.

Filed Under: bloggen Tagged With: bloggen, helden, internet

  • « Go to Previous Page
  • Go to page 1
  • Interim pages omitted …
  • Go to page 97
  • Go to page 98
  • Go to page 99
  • Go to page 100
  • Go to page 101
  • Interim pages omitted …
  • Go to page 130
  • Go to Next Page »

Footer

Wat is dit?

Frank MeeuwsenDigging the Digital is de digital garden of commonplace book van Frank Meeuwsen. Onderwerpen variëren van indieweb tot nieuwsbrieven, bloggen, muziek en opvallende gebeurtenissen op het internet.

Meer Frank

Bloghelden - De definitieve geschiedenis van webloggend Nederland

On this Day

  • 2 years ago...
    • Ik ontdek dat de combinatie van Starr...
    • Ik heb nog geen idee waar het gaat ei...
    • The Creative Programmer Is In Print!
  • 5 years ago...
    • Untappd check-in: Birthday Punch (4 ⭐)
  • 6 years ago...
    • Ik kom er zojuist achter dat ik de pu...
    • Ik ga vanavond eens mijn iPad in orde...
    • Het probleem met decentrale diensten
  • 7 years ago...
    • Hoe het internet anders kan
  • 10 years ago...
    • Verander de datum van je Evernote notitie
  • 12 years ago...
    • De beste pre-Youtube Internet memes
  • 15 years ago...
    • De Bloghelden promotiemachine komt op gang…
  • 19 years ago...
    • I heart Weekly Review!
  • 22 years ago...
    • Star Wars Kid
    • Nog even geduld…
    • Een woord: richtingaanwijzer.
    • Killer Biscuits Wanted for Attempted Murder
    • Comicsontheweb.com
    • 'Stupid People' Trick Lures 10 for Arrest
    • Nu skool jedi

Archives

Copyright © 2025 · DTD Genesis on Genesis Framework · WordPress · Log in