Toen ik in 2000 mijn eerste blogpost schreef had ik niet het idee dat ik direct een publiek zou hebben. Ik zat op mijn studeerkamer en probeerde wat uit met het toen net ontdekte Blogger. Ik vertelde het mijn vriendin, later die week wat vrienden en zij gingen dan wel eens kijken. In de kroeg kreeg ik te horen welke post ze wel en niet leuk vonden. Pas maanden later, met de komst van reactiesystemen en de ontdekking dat er meer bloggers zijn met gelijke interesses, maakte van blogs een dynamisch en interactief platform.
Toen ik in 2007 mijn eerste tweet plaatste had ik geen idee waar ik naar zat te kijken. Ik had via via gehoord over Twitter, had het eens bekeken en besloot een paar mensen te volgen, twee of drie als ik het me goed herinner. Ik kende deze mensen zijdelings toen maar ik vond die nieuwe ontwikkeling wel interessant. Na een paar dagen zag ik al dat andere mensen mij gingen volgen en dat er kleine conversaties ontstonden. In een paar weken tijd zag ik dat dit nieuwe Twitter wel eens een volgende stap in de (r)evolutie van online conversaties kon zijn.
Toen ik een half uur geleden op de link klikte “Accept invitation from Diaspora” wist ik nog niet goed wat te verwachten. Dit nieuwe sociale netwerk is de afgelopen maanden in een sneltreinvaart ontwikkeld om als tegenhanger van Facebook te dienen. Geen data lock-in, maar de vrijheid om te doen wat je wilt op een sociaal netwerk. Na inschrijven en wat gegevens invullen krijg ik de mogelijkheid om een koppeling te maken met Facebook en Twitter. Blij, want zo zou ik toch heel snel vrienden op andere netwerken kunnen vinden op het nieuwe Diaspora. Helaas. Na inschrijven krijg ik nergens een hint om te verbinden met mij al bekende vrienden. Als een systeem een koppeling maakt verwacht ik dat direct inzichtelijk is wie er al op de nieuwe dienst zit. Nu heb ik het gevoel of ik een lege kamer inloop in een groot gebouw met duizenden kamers. Al die kamers zijn verbonden maar ik heb geen idee welke deur ik moet openen. Ergens in het gebouw is een feestje gaande, maar ik weet nog niet waar en ik zie nergens aanwijsborden of hoor feestgedruis. Ik kan wel mensen uitnodigen, maar dan moet ik weer emailadressen hebben. Dat is frustrerend en niet meer van deze tijd. Kom op Diaspora, je begon zo mooi, nu laten zien waar je toe in staat bent!
Je kunt me op Diaspora vinden met de handle frankmeeuwsen@joindiaspora.com. Maar dat is geen emailadres. Duidelijk toch…
Wel een leuk weetje: Waarom is het veld “Gender” een tekstveld in Diaspora?