• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to footer

Digging the Digital

Vol Blogdrift!

  • /Now
  • Nieuw? Start hier
    • Blogroll
    • Tag Index
  • Startgids Mastodon
  • WordPress en Indieweb
    • WordPress en het indieweb
    • Hoe gebruik je IndieAuth met WordPress
    • WordPress en webmentions
    • WordPress en Micropub
    • WordPress en de Post Kind plugin
  • Notities
  • Bookmarks
  • Likes

facebook

Boekrecensie Internet for the People

11 September 2022 door Frank Meeuwsen 13 Comments

Het Internet is stuk omdat het internet een business is. Alle lagen van het internet zijn in handen van private bedrijven met een winstoogmerk. Een internet met kleinere, meer gereguleerde bedrijven is nog steeds een internet gebaseerd op winst. Een internet met winstoogmerk is een internet dat mensen niet kan garanderen wat ze nodig hebben om een zelfbeschikkend leven te leiden. Een commerciële markt geeft je niet wat je nodig hebt. Een commerciële markt geeft wat je kunt veroorloven.

Gestapelde winstmaximalisatie

Dat is de basisgedachte in het prikkelende boek Internet for the People door Ben Tarnoff. Ik heb het boek met veel plezier gelezen, ik herken er veel uit andere pamfletten en essays over een nieuw internet en tegelijkertijd mis ik een duidelijke beweging voorwaarts.

Tarnoff stelt dat het internet onherkenbaar is veranderd in de afgelopen 20 jaar. De belangrijkste reden is alle lagen van het internet zijn geprivatiseerd. Tarnoff gebruikt het idee van stacks, verdiepingen, om zijn betoog goed opgebouwd uit te leggen.

De onderste verdieping is de toegang tot het internet, de onderzeese kabels en datacenters die ervoor zorgen dat we sowieso online kunnen. Het internet begon als militair experiment en breidde uit naar universiteiten en wetenschappelijke instellingen. Die tijd is voorbij. Internet providers, vooral in de Verenigde Staten, bieden minimale toegang tegen maximale prijzen, zodat ze betere marges hebben. Ze verkopen de metadata van het internetverkeer aan adverteerders voor extra inkomsten. En ze zijn niet geneigd om hun diensten uit te breiden naar afgelegen gebieden, omdat de kosten te hoog zijn. De toegang tot het internet is een basisbehoefte, maar wel een met een hoge prijs voor ons, de eindgebruikers.

Een verdieping hoger vinden we de online platformen. Van e-commerce tot sociale netwerken. Of het nu gaat om Amazon, Facebook of Uber, ze besteden zoveel mogelijk werk uit aan contract arbeiders en verzamelen zeeën aan data. Die data stellen ze beschikbaar aan adverteerders zodat die ons beter kunnen bereiken en meer inkomsten maken.
Winstmaximalisatie zit diep in de architectuur van deze platformen. De online malls, zoals Tarnoff ze noemt.
De winstdoelstelling zorgt dat de architectuur ons bepaald gedrag oplegt. Als we het gedrag tonen (iets liken, swipen, retweeten, doorsturen etc.) dan wordt het algoritmisch geoptimaliseerd en geëxtrapoleerd voor een grotere groep. De opgehaalde data van het vertoonde gedrag is olie voor de advertentie- en invloedmachine die het platform draaiende houdt.

Publieke toegang

Biedt Tarnoff oplossingen? Zeker wel. Ik vraag me af in hoeverre de oplossingen realistisch zijn. Hij betoogt om bibliotheken de toegangspoort tot het web te maken. Een bibliotheek heeft vaak al een buurtfunctie, je kunt er eenvoudig naar binnen om hulp te vragen bij je toegang. Je hebt niet snel te maken met een anonieme helpdeskmedewerker die je vraagt om uit te loggen en opnieuw in te loggen. Bibliotheken zijn decentraal georganiseerd, wat het voordeel biedt dat elke vestiging zijn eigen invulling kan geven aan iets fundamenteels als toegang tot het internet. Het idee doet me denken aan Eduroam wat we in de wetenschappelijke wereld kennen. Als je studeert krijg je een Eduroam account, waarmee je overal ter wereld toegang hebt tot het web. Sinds 2013 is in Nederland Govroam actief, voor overheidsdiensten.
In mijn woonplaats Utrecht is LomboXnet een lokale provider die in een wijk glasvezel aanbiedt voor een lage prijs. Er ontstaan meer lokale, coöperatieve decentrale aanbieders van internet toegang. Zo is in Detroit het Equitable Internet Initiative. Vanuit een centrale buurtkerk is internet toegang mogelijk en technische buurtgenoten zorgen voor een grid aan accesspunten.

Radicale oplossingen

De oplossingen voor de platformen als Facebook, Google en Amazon zijn complex. Deze platformen zijn gebouwd met een winstoogmerk en er zit een kluwen van andere vraagstukken achter. Vraagstukken op gebied van macht, politiek, regulatie en processen. Door alleen het platform op te splitsen los je de achterliggende problemen niet op. Het internet is ook niet het probleem. Het internet is fantastisch.

Een heerlijke throwback naar betere (?) tijden met The Kids Guide to The Internet.

We hebben voor het eerst in de mensheid toegang tot enorme schatkamers aan kennis, informatie en tot elkaar. Het probleem is dat er een beperkt aantal bedrijven zijn die kiezen voor een verdienmodel dat is gebaseerd op data verzamelen en op het manipuleren van ons gedrag. Dat wil niet zeggen dat het héle internet zo is.

Een mogelijke oplossing komt uit een verrassende hoek, door te kijken naar het gedachtegoed van Angela Davis. Amerikaans feministisch filosoof, schrijver, activist en professor. Ze schrijft onder andere over het afschaffen van de moderne politiemacht en gevangeniswezen omdat deze twee zó verbonden zijn aan elkaar en niet zorgen voor een verbetering in de (Amerikaanse) maatschappij. Door ze op te heffen en tegelijkertijd naar een meer humane en decentrale constellatie van maatschappelijke strategieën en instituties. Het denken van Davis als blauwdruk voor een nieuw internet: Aan de ene kant de wettelijke en politieke hefbomen inzetten om Big Tech op te breken en verdere centralisatie te gaan. Aan de andere kant het ontwikkelen van decentrale alternatieven die de nieuwe ruimte kunnen vullen. Dat gaat verder dan het opnieuw ontwikkelen van dezelfde instrumenten in andere handen.

Tarnoff heeft het onder andere over Mastodon. Een mooi initiatief volgens hem, maar eigenlijk is het een kloon van Twitter en Facebook. Zijn betoog is dat je niet dezelfde architectuur onder een nieuw eigenaarschap moet zetten. Je moet een fundamenteel andere architectuur opzetten om een nieuw internet te bouwen, zie het gedachtegoed van Angela Davis. Daar hebben we meer verbeeldingskracht bij nodig, evenals experimenten. Mastodon en andere decentrale diensten zijn prima experimenten, maar we mogen nog wel een stap verder gaan.
Tarnoff roept op om het internet te deprivatiseren. Maak een internet gedreven door menselijke waarden in plaats van winstbejag. Door een minder dominante marktwerking, op alle lagen, van toegang tot de platformen. Daar is wetgeving bij nodig en een breder gedragen besef wat de rol van online platformen zijn in onze maatschappij.

Toekomstvisie

Het verhaal van Ben is redelijk actueel, er komen voorbeelden uit 2021 voorbij, maar het mist een blik in de toekomst. Hij schetst een toekomst voor tekstgebaseerde sociale netwerken zoals Twitter en Facebook. Maar hij gaat voorbij aan de grote platformen van nu: TikTok, Snapchat en Instagram. Ik zie mijn zoon van 10 op zijn iPad werelden bouwen in Roblox en met zijn vrienden gamen in Brawl Stars. Veel van zijn zakgeld gaat op aan de digitale evolutie van zijn bouwwerken en avatars. Hoe gaat die ontwikkeling en kunnen decentrale en publieke alternatieven écht een alternatief zijn? Dat verhaal mis ik nog in het uitstekende betoog van Tarnoff. Ik vroeg hem er naar via email, hoe hij kijkt naar deze ontwikkeling, in video en metaverse. Zijn antwoord is tweeledig:

On the one hand, I’ve been quite impressed with the level of creativity I see in spaces like Minecraft and Roblox. It reminds me of how I used Lego as a kid, or even my experiences with early MUDs and early MMORPGs. And the social dimension of these apps is appealing. As a kid in the 90s, I spent nearly all my time online — my parents moved us around a lot, so the internet is where I conducted my social life. It was a lifeline, one that I really couldn’t have done without. And I did learn a lot of things in those years that yielded real professional benefits later — I doubt I’d work in tech today if I hadn’t been so glued to a computer back then.

On the other hand, as a parent, I suspect I’ll have concerns about how much time my kids spend on their devices, and will try — probably without success — to persuade them to read a book instead, or go outside and do something artistic. (My parents, for what it’s worth, never tried to limit my screen time, but that was long before there was even a discussion about “screen time.”) But of course it’s a balance, because I do believe that genuinely enriching and creative experiences can happen through the medium of the internet, and I’d want to create space in my kids’ lives for those.

So, as you can see, I have no idea.

Het zijn herkenbare gedachten, iets waar wij als ouders net zo goed mee bezig zijn. Zaken als schermtijd, de balans tussen de verrijking van het internet en de deuren naar de online troll-hell. Mogelijk zit die oplossing ook niet per se in het publiek maken van alle diensten.

Het boek is meer dan alleen de gedachtengang van Tarnoff, ik was blij verrast met zijn uitgebreide eindnotities. Meer dan 60 pagina’s met voetnoten, inclusief extra achtergrond, links en titels om meer te leren en lezen. Alleen dat deel is enorm waardevol om meer te leren hoe het internet is geworden wat het nu is, en wat het zou kunnen worden.

Internet for the People is te bestellen of te koop bij je lokale boekhandel.

Opgeslagen onder: indieweb Tags: boekreview, decentralized web, facebook, indieweb, mastodon, open internet, review, toekomst, twitter

Maak je eigen moederschip

4 October 2021 door Frank Meeuwsen 15 Comments

Natuurlijk is het niet tof voor al die Facebook medewerkers die zich nu het schompes werken om weer alles aan de praat te krijgen. Maar wist je dat er mogelijkheden zijn om buiten die grote tech-bedrijven om in contact te blijven met je vrienden en familie? Met een eigen domeinnaam, wat schijfruimte op het web en een handig blogsysteem kom je al een heel eind. Minder afhankelijk van grote techbedrijven die té gecentraliseerd zijn. Minder ellende met algoritmes. Geen toestanden met adverteerders die je blijven achtervolgen omdat je per ongeluk iets te lang naar die nieuwe schoenen keek op Instagram.

Maak je eigen moederschip. Krijg meer controle over je eigen identiteit op het web. Matthias Ott schreef het een paar jaar geleden al in zijn fantastische artikel Into the Personal Website-Verse. Zelf heb ik er ook geregeld over geschreven. Eigenlijk zou ik weer een update moeten schrijven. Maar voor nu, klik eens rond in onderstaande artikelen om meer te leren over het indieweb, het decentrale web en hoe je er zelf onderdeel van kunt zijn. Als je wilt en een beetje moeite voor doet. Ik geef meteen toe, het is geen klik-en-relax-avontuur, je zult echt je best moeten doen. Maar het is toch prettig om gewoon je eigen stukje internet te hebben waar je kunt schrijven wat je wilt?

  • Een eigen huis op het IndieWeb
  • Punkrock Publishing
  • The Indieweb Revolution
  • Een digitaal platform in drie delen
  • Welkom op het moederschip
  • Presentatie Digitale vrijheid
  • The web is the social network
  • Hou eigenaarschap van je domein
  • Drie voordelen van een persoonlijk platform
  • Hoe verwijder je je Facebook account (maar dan écht)
  • Verwijder je Google diensten, een stappenplan
  • Wil je aan de slag met de indieweb technologie op WordPress dan is dit een goed startpunt.

Opgeslagen onder: indieweb Tags: decentralized web, facebook, instagram, moederschip, twitter, whatsapp

Het web is 30 jaar jong, probeer het eens

6 August 2021 door Frank Meeuwsen 3 Comments

Probeer het eens.

Met die woorden stuurde Sir Tim Berners-Lee op 6 augustus 1991 een bericht naar de nieuwsgroep alt.hypertext (nieuwsgroepen waren een soort Reddit avant le lettre) om zijn nieuwe project wereldkundig te maken: Het WorldWideWeb.

6 August 1991 usenet post by Tim Berners-Lee

In het bericht legt hij uit wat zijn bedoeling is met het web: Documenten en pagina’s die aan elkaar zijn gelinkt en vrij toegankelijk zijn voor eenieder. In het bericht geeft hij ook toegang tot de eerste browser voor wie het web eens wil proberen.

En dat proberen, dat deden we de afgelopen 30 jaar. In 2016 geeft Kevin Kelly in zijn boek The Inevitable een opsomming van het aantal webpagina’s.

Het internet is één van de grootste uitvindingen van de mensheid. Het is het grootste communicatienetwerk en heeft ons dagelijks leven voorgoed veranderd. Ik kan me geen privé en professioneel leven meer voorstellen zonder het wereldwijde web.

Amy van der Hiel refereert in de blogpost bij W3C aan dat wat mij zo aantrekt in het web:

The Web’s richness, health, and future potential is linked to the immense amount of work done at the Web Consortium since its founding in 1994 by Tim Berners-Lee, to ensure it is open, interoperable and works for everyone.

Poortwachters

Ik geloof in een web dat open en toegankelijk is, waar protocollen belangrijker zijn dan platformen. Sinds het begin van deze eeuw is dat idee langzaam maar zeker overhoop gehaald door de Big Tech bedrijven die we allemaal kennen, Google, Apple, Facebook, Amazon en Microsoft. Langzaam maar zeker kregen ze het grootste deel van het internet in hun macht.

Kleine zijsprong. Oatmeal, de maker van bovenstaande comic, is inmiddels weg op sociale netwerken en onderhoudt contact met zijn fans via zijn nieuwsbrief. Zie de popup die ik kreeg op de originele pagina van de comic.

Oogkleppen

Terug naar de verjaardag van het World Wide Web. Het oorspronkelijke idee van Tim Berners-Lee werd lastiger om in stand te houden. Met terugwerkende kracht was het niet slim om gratis content als de default modus van het web te maken. Ergens met er geld worden verdiend om de boel draaiende te houden en de makkelijkste manier bleek advertenties. Wat de afgelopen jaren zorgde voor een Advertentie Industrieel Complex, een gigantische machine die draait op data van de iedereen online. Er zijn compleet nieuwe bedrijfstakken ontstaan vanuit deze machine en het einde is nog lang niet in zicht.

Inmiddels zijn we op een moment in tijd dat de oogkleppen afvallen bij internetgebruikers, overheden, bedrijven en non-profit organisaties. Langzaam maar zeker ontstaat een breder besef dat het web wat we nu hebben, niet het web is wat we willen. Natuurlijk is het fantastisch om gelijkgestemden te vinden in Facebook groepen, of contact te houden met vakbroeders via Twitter of LinkedIn. Maar hebben die netwerken daar zoveel van onze data voor nodig? Is het noodzakelijk dat marketeers en data analisten toegang hebben tot zoveel gevoelige en onnodige data? Om welk probleem eigenlijk op te lossen?

Het zijn grote vragen en ik ben blij dat overheden, non-profit organisaties en burgerinitiatieven opstaan om een verschil te maken. Er komen scheurtjes in de poortwachtersrol van Facebook en Google. Wetgeving en regulering zorgen voor een volgend hoofdstuk in de geschiedenis van het web.

Zuckerverse

Net op tijd, als je de ambitie van Mark Zuckerberg leest. Hij wil een Metaverse ontwikkelen. Een web dat voorbij je beeldscherm gaat. Informatie en digitale communicatie worden dan een integraal onderdeel van ons dagelijks leven. Niet alleen op een scherm maar in alles om je heen. Laten we er voor zorgen dat we bij de 30e verjaardag van de Metaverse niet somber terugkijken omdat het een afgesloten silo is, alleen toegankelijk als je onderdeel bent van een privaat netwerk. Laat het niet de Zuckerverse worden. De Metaverse moet net zo open, interoperabel en toegankelijk zijn als het web was in 1991 en in 2021.

Wij als websurfers, console cowboys, cybernauten, digitale DIY-ers (alles klinkt beter dan het passieve “internet gebruiker”) kunnen het verschil maken. Met onze eigen moederschepen, met een web waar mensen belangrijker zijn dan winst. Waar silo’s verbonden kunnen worden en je onafhankelijk van je sociale netwerk met elkaar kunt communiceren, anoniem.

Laten we het eens proberen.

Opgeslagen onder: indieweb Tags: facebook, indieweb, internetgeschiedenis, twitter, world wide web, www

Facebook en Google komen onder water

27 July 2021 door Frank Meeuwsen Leave a Comment

Met de gebeurtenissen in Limburg, Duitsland en België nog vers in het geheugen is deze longread van NPR opvallend. “Who Will Pay To Protect Tech Giants From Rising Seas?” laat in verschillende video’s en animaties zien hoe het zeeniveau bij Silicon Valley stijgt de komende decennia.

De vraag is niet óf het water komt, de vraag is wie er voor gaat betalen. Beide tech-giganten wisten dat het zeeniveau stijgt toen ze hun huidige stulpjes betrokken. Ze hebben tot op heden vooral maatregelen genomen in het eigenbelang. Zoals de belangrijkste etages boven zeeniveau bouwen. Maar bijdragen aan een duurzaam dijkenplan is er nog niet. De meeste kosten worden gedragen door de overheid en dus via belastingen bij de burger.

Om een vergelijking te geven: de gemeente van Palo Alto draagt jaarlijks 5,5 miljoen dollar bij dat is 13% van hun jaarlijks budget. Facebook schenkt 7,8 miljoen dollar. Dat is gelijk aan 0,009% van hun winst over 2020.

Het is een ethische en politieke kwestie. En een lastige. Hoe maak je een verdeelsleutel, wie draagt welke lasten om de omgeving veilig te maken. Ik kan me voorstellen dat dit ook in Nederland zou spelen als het water hoger komt rondom Eindhoven Brainport, of in Groningen bij de Google datacenters.

Opgeslagen onder: random Tags: facebook, google

De kunst van het vergelijken

10 July 2021 door Frank Meeuwsen Leave a Comment

De Washington Post over Bulletin, de gratis nieuwsbrief dienst van Facebook:

Asked for comment on Facebook Bulletin, Substack spokeswoman Lulu Cheng Meservey said, “The nice shiny rings from Sauron were also ‘free.’ ”

Zie ook mijn ideeën over Bulletin.

Bron: Snakes and Ladders

Opgeslagen onder: random Tags: facebook, nieuwsbrief, substack

S02E49 – Waarom ik Facebook mijn mailadres niet geef

5 July 2021 door Frank Meeuwsen 2 Comments

Goedemorgen! Na bijna 100 edities van de nieuwsbrief kan ik wel zeggen dat er een koerswijziging is. Waar ik in de eerste edities nog vol over het indieweb schreef en persoonlijke homepages een plek hadden, focus ik me ook in deze nieuwsbrief meer op de ontwikkelingen in de nieuwsbrief-markt. Wel vanuit het oogpunt van de individuele en onafhankelijke maker. Nieuwsredacties en merken merken inmiddels dat er iets gaande is met dat stokoude medium, maar ik kijk liever naar de echte voorhoede, waar alle nieuwe ontwikkelingen gebeuren.

Dit is de laatste reguliere editie voor de vakantie. Volgende week kijk ik terug naar dit tweede seizoen van OPEN en dan ga ik zelf even op een korte vakantie. Blijf echter je tips en ideeën sturen, ik stel het altijd op prijs!

Blog on!


De meest geklikte link in de vorige editie van deze nieuwsbrief was de homepage van Obsidian. Goede voornemens om notities te maken much?


Facebook’s aanval op Substack?

Vlak voor ik “Subscribe” klikte vroeg ik me af, “is dit wel een goed idee?”. Ik ben benieuwd naar de nieuwsbrief van auteur Malcolm Gladwell. Hij is deze week gestart op het nieuwe platform van Facebook, Bulletin. Want Facebook kan het niet laten om Facebook te zijn en pakt simpelweg wat populair is om er een eigen draai aan te geven. Was dat een paar weken terug nog audiorooms a la Clubhouse en Spaces, we zitten nu in de situatie dat het netwerk zonder schroom Substack’s format en verdienmodel overneemt. Bulletin is de nieuwsbriefdienst van Facebook. Je kunt er nog niet je eigen nieuwsbrief beginnen, die eer is voorbehouden aan een selecte groep schrijvers en journalisten zoals Malcolm Gladwell, Dorie Greenspan (food & travel), Tan France (Queer Eye presentator), Tyler Cowen en Alex Tabarrok (beiden van het populaire blog Marginal Revolution)

Er is meer aan de hand met Bulletin. Want waarom zou ik me niet abonneren op de nieuwsbrief van Gladwell? Lezers die me langer volgen weten dat ik sinds 2018 geen Facebook account meer heb. Ja, ik heb nog wel een Instagram en Whatsapp account, hou je snarky opmerkingen voor je, maar Facebook het social platform kan me worden gestolen. Het verdienmodel van Facebook is data-verzameling, wat door de jaren heen een oncontroleerbare draak is geworden voor Zuck & co. Dus wat kun je verwachten als je je inschrijft voor de nieuwsbrief?

Abonneren op een Facebook nieuwsbrief

Je mailadres gaat de Facebook machines in en je kunt er redelijkerwijs van uit gaan dat deze informatie weer wordt verhuurd aan de hoogste bieder. Ze zijn daar ook gewoon open over in de voorwaarden van Bulletin. Trouwens, je data wordt ook gebruikt voor “to research and innovate for social good”. Wat dat ook mag betekenen.

Een ander verschil met Substack en Revue? Facebook belooft geen percentage van je inkomsten af te romen om de dienst in stand te houden. Substack en Revue houden respectievelijk 10% en 5% van inkomsten in. Aangezien Facebook al je data verzamelt en doorverkoopt, is het niet nodig om nog extra inkomsten te vragen. Het verdienmodel van Facebook laat het simpelweg niet toe.

Het is slim om Bulletin los van de Facebook familie te houden. Op die manier kan Facebook gewoon in de appstores van Apple en Google blijven zonder 30% af te dragen als iemand besluit een betaalde nieuwsbrief te beginnen via Bulletin. De naam Bulletin is (nog) niet besmeurd met de negatieve pers die Facebook vrij constant over zich krijgt.

Ecosysteem voor je fans

Ik ben geen fan van Facebook, dat weet je inmiddels wel. Maar ik moet toegeven dat ze de zaakjes slim op orde hebben. Als ik kijk naar het ecosysteem voor een nieuwsbriefmaker, dan is Facebook geen slechte omgeving op het eerste gezicht. Je kunt je nieuwsbrief eenvoudig promoten op je Facebook-pagina, ingelogde lezers kunnen direct abonneren en je hebt de omgeving om een community op te bouwen met je lezers. Niet alleen met reacties onder een nieuwsbrief, maar op het complete Facebook-platform. Van (besloten) groepen tot audiorooms. Van Whatsapp groepen tot social shopping via Instagram en Facebook Pay. Het is wachten tot er een verdere integratie komt van adverteerders op het Facebook-platform en de nieuwsbrief als canvas voor de advertenties.

Het Bulletin team is nu duidelijk: Ze zijn er vooral voor onafhankelijke schrijvers, niet voor nieuwsmerken. Dat ze serieus zijn in de plannen, is te lezen in de meerjarige deals die ze maken met schrijvers. In tegenstelling tot Substack, die maximaal één jaar financiële ondersteuning biedt en Revue er tot op heden nog geen uitspraak over doet.

Je kunt de klok gelijk zetten dat Bulletin nieuwsbrieven een algoritmisch streepje-voor krijgen in de newsfeed van Facebook. Dat is het goede recht van het netwerk, maar het is de volgende stap naar een lock-in op het platform van de grootste uitgever ter wereld. Met de diepste zakken en de grote invloed op nieuws, politiek en maatschappij.

Daarom heb ik me maar niet geabonneerd op de nieuwsbrief van Gladwell. Ik kijk liever nog even de kat uit de boom wat betreft Bulletin.


Wat gebeurde er meer deze week

🎁 De nieuwsbrief directory Thanks for Subscribing heeft inmiddels zo’n 800 titels. Komende weken ga ik eens onderzoeken hoe ik die op een relevante manier kan ontsluiten anders dan via zoekopdrachten en lijstjes. Tot die tijd kun je in Google’s “I’m Feeling Lucky” stijl de Surprise Me! knop drukken om steeds een nieuwe nieuwsbrief uit de lijst te krijgen.

🔄 Ik ben al een tijdje geabonneerd op de nieuwsbriefdienst van The Sample. Op basis van je interesse krijg je een dagelijkse mail met een willekeurige nieuwsbrief. Deze kun je een waardering geven. Het algoritme leert zo je voorkeuren en geeft je nieuwe titels.

🗞 Het Parool ziet het nu ook: De goede oude nieuwsbrief is terug: journalisten worden hun eigen uitgever. Een mooi overzicht wat er nu zoal speelt in nieuwsbriefland. (Dank voor de tip Christa!)

🕸 Dan nog iets heel anders. Op 2 juli 2013 overleed Doug Engelbart. Als die naam je niet veel zegt, dat is niet zo vreemd. Maar als ik je zeg dat hij in 1968 The Mother of All Demos gaf, waar hij de eerste glimpsen liet zien van een netwerk van computers door pagina’s te linken, van videoconferencing en samen in documenten werken. Hij toonde voor het eerst wat ze gekscherend “een muis” noemden, om in een grafische omgeving je cursor te bewegen. Alles wat we nu vrij normaal vinden, daar heeft Engelbart aan de wieg gestaan. De trailer van zijn beroemde presentatie laat het belangrijkste werk zien. Engelbart is één van de grootste internet pioniers.


Elke week tips als deze ontvangen?

Je inbox zal nooit meer hetzelfde zijn. Met OPEN krijg je tips om je eigen nieuwsbrief en blog nog beter te maken!

Tof dat je er bij bent ⚡️

Uit The Inevitable van Kevin Kelly. Twaalf onvermijdelijke veranderingen in onze toekomst. Met dank aan Readwise

Nieuwsbrief van de week

Een nieuwsbrief is natuurlijk ook maar een vorm, een medium om naar eigen inzichten te gebruiken. Bijvoorbeeld om literatuur op een nieuwe manier te brengen. Dracula Daily vertelt het beroemde verhaal van Bram Stoker op de dagen dat er iets gebeurt. Real time storytelling via email.

Opgeslagen onder: Nieuwsbrieven Tags: ai, algoritme, Alle edities van mijn OPEN nieuwsbrief, facebook, nieuwsbrief, pionier, platform

  • Go to page 1
  • Go to page 2
  • Go to page 3
  • Interim pages omitted …
  • Go to page 10
  • Go to Next Page »

Footer

Wat is dit?

Frank MeeuwsenDigging the Digital is de digital garden of commonplace book van Frank Meeuwsen. Onderwerpen variëren van indieweb tot nieuwsbrieven, bloggen, muziek en opvallende gebeurtenissen op het internet.

Meer Frank

Bloghelden - De definitieve geschiedenis van webloggend Nederland

Op deze dag

  • 2 years ago...
    • Je notities zichtbaar verbonden in Obsidian
  • 3 years ago...
    • The Breakfast Club is jarig
  • 4 years ago...
    • The Breakfast Club 1984
    • Communities op de Dutch Comic Con
  • 10 years ago...
    • Hoe bepaal je de prijs van je eigen e-book?
  • 13 years ago...
    • Social Warfare tussen Nestl en Greenpeace
  • 20 years ago...
    • The hippie period of the Web is over
  • RSS
  • LinkedIn
  • GitHub
  • Mastodon
← An IndieWeb Webring →

Archives

  • Likes (268)
  • Bookmarks (267)
  • Notes (134)
  • Replies (53)
  • Articles (722)
  • All Posts

Digging the Digital staat op de state of the art server van Servebolt.
De snelste high-performance hosting met een sterke focus op schaalbaarheid en veiligheid.