Ik kreeg vandaag een mail van een journalist. Ze had me een paar keer gebeld (maar ja, ben op vakantie, dus telefoon niet constant bij me) en ze zat niet op Twitter (haar eigen woorden) dus probeerde ze het via mail. Ze wilde me interviewen voor Trouw voor een artikel over Twitterverslaving. Ik heb een leuke 20 minuten met haar gesproken over Twitter waarvan komende vrijdag waarschijnlijk een paar soundbites overblijven. Dat is op zich niet erg, maar ik hoop dat ze zich houdt aan mijn goede raad die ik haar aan het einde van het gesprek gaf…
De reden waarom ze mij belde is het artikel “De 50 kenmerken van een Twitterverslaving” uit 2008. Het komt als eerste bovendrijven bij een Google search op “Twitter verslaving” en eerlijk is eerlijk, het is natuurlijk heerlijk tendentieus en makkelijk te quoten. We spraken wat over de totstandkoming van het artikel en het tijdsbeeld waar we in zaten. Twitter was net 10 maanden in Nederland, de eerste Twitterborrels waren net geweest of kwamen er aan. Nederlandse Twitteraars zaten te wachten om elkaar te ontmoeten of hadden het er vooral over dat men elkaar had ontmoet. Een standaard gedrag wat nieuwe (digitale) communicatiemiddelen altijd met zich meebrengt. Na een intensieve startperiode komt de ontmoeting met elkaar en verandert het online gedrag. Daarna volgt een periode van relatieve onthouding (“even wat anders!”) en daarna krijgt het communicatiemiddel een redelijk definitieve plaats in het dagelijks leven. Of dat nu Twitter, webchat of nieuwsgroepen zijn.
Na het gesprek vroeg ze me of ik nog iets kwijt wilde wat ze niet had gevraagd. Ik heb er op aangedrongen dat het artikel geen standaard artikel gaat worden over de verslavingsverschijnselen van digitale media. Dat er ook goede kanten zijn aan nieuwe instrumenten. Dat ze me 4 jaar geleden waarschijnlijk had gebeld over Second Life verslaving, 6 jaar geleden over emailverslaving en over 2 jaar belt ze me over Foursquare verslaving. De media (radio, TV, kranten) zoekt constant naar simpele antwoorden op complexe vragen. In hapklare brokken en zonder al te veel nuance voor de lezers of kijkers. Terwijl de vraag “Is Twitter verslavend” behoorlijk wat nuance nodig heeft. Die nuance heb ik niet op wetenschappelijke basis kunnen geven, maar wel op basis van ervaring en hands-on kennis. Ik hoop dat het artikel, ondanks dat het een beperkte ruimte heeft in een krant, toch ergens een kleine nuance kan aanbrengen.