Had a great run this morning through the woods of De Bilt near Utrecht. It has been a while since I did some running so not my best time but still good to be in the outdoors of course!
Thuiswerken
Het heeft wat jaren geduurd (12 om precies te zijn) maar we hebben eindelijk weer een afsluitbare werkplek in ons huis. In ons vorige huis hadden we een extra kamer waar een bureau met onze PC stond, maar na de geboorte van Tess moesten we die uiteraard opgeven. Al die jaren hebben we nooit meer een extra kamer in ons huis gehad. Het huis waar we nu wonen heeft wél die extra kamer, maar die hebben we ingericht als speelkamer voor onze jongste zoon. Niet echt een handige werkplek dus.
Maar we hebben plek weten te maken op onze slaapkamer, waar ik nu in een hoekje een bureau heb gezet. Het bureau vond ik recent voor een paar tientjes bij een garageverkoop in de buurt. We gebruiken nog de oude triptrap stoel van Tess en Finn als eigen bureaustoel en onze vorige TV doet dienst als tweede monitor. Er hangt nog niets aan de muren, de administratie ligt nog beneden en onze boeken zitten nog in dozen. Ik neem nog het externe toetsenbord en trackpad van mijn werk mee. Maar het begin is er. We kunnen eindelijk weer rustig thuis werken en de deur achter ons dicht doen als we ongestoord willen doorwerken. Dat is iets wat ik heel erg heb gemist de afgelopen jaren en ik ben blij dat het nu weer kan. Ik zie er naar uit langzaam maar zeker dit hoekje om te toveren tot een plek waar we weer mooie dingen kunnen maken.
De blogs van fotograaf Chris Cuffalo
Als je al 27 jaar fan bent van een band en dan toch nog iets nieuws ontdekt uit de beginjaren van die band. Dat is toch prachtig. Dat had ik vanmiddag, met een mooie rol voor (jawel!) oudere blogposts.
Het begon op Twitter, waar een mede Pearl Jam fan aankondigt dat fotograaf Chris Cuffaro prints te koop aanbiedt van fotoshoots met de band. Ik kende Cuffaro niet maar de foto’s brengen veel herinneringen terug uit de beginjaren. Ik herken een aantal beelden en begin wat verder door te klikken op zijn site. Gelukkig heeft Cuffaro veel geschreven door de jaren heen. Zo leer ik dat hij goed bevriend is met zanger Eddie Vedder en op die manier de kans krijgt om een video te maken voor het nummer Jeremy. Ik denk even na, die video is toch door Mark Pellington gemaakt? De iconische video, gebaseerd op een kort krantenbericht over een Texaanse jongen die zichzelf voor de klas door zijn hoofd schiet. Een enorm krachtig nummer en evenzo stevige clip.
Na wat zoekwerk kom ik er achter dat Cuffaro een eerdere versie van de video heeft gemaakt. Die natuurlijk gewoon op Youtube is te vinden.
Het verhaal achter het maken van de video heeft Cuffaro eveneens op zijn blog geplaatst. Een prachtig tijdsdocument wat begint bij een etentje, waar de video wordt voorgesteld en je meeneemt hoe dagelijks de video werd geschoten. Hoe in de avonduren de video wordt ge-edit tot wat het is. En voor fans als mijzelf, de scans van de aantekeningen voor de video en de planning zijn heerlijk.
Moet je nagaan als dit alleen via Twitter of Facebook was gedeeld, dan zou je dit nooit meer eenvoudig terugvinden en opnieuw kunnen delen. Hoe meer we betekenisvol delen op het open web, hoe relevanter en groter het netwerk voor ons allemaal wordt.
Nederland is 30 jaar online
Op 17 november 1988 om 14.28 uur werd een e-mail verstuurd naar het Mathematisch Centrum, nu het Centrum Wiskunde & Informatica (CWI). Met die e-mail werd Nederland officieel aangesloten op het internet zoals we dat nu kennen. Vandaag is het 30 jaar geleden dat we als eerste land buiten de Verenigde Staten toegang kregen tot het toen nog prille en kleine internet. Tot die tijd werd al het internetverkeer geleid via ARPANET, het militaire netwerk van de USA. Op dat netwerk werd al het verkeer in de gaten gehouden, of het nu militair of wetenschappelijk netwerkverkeer is. Met de aansluiting op het open internet van NSFNet veranderde dat. Dankzij onder andere Piet Beertema (geweldige URL!) werd het internet in Nederland toegankelijk voor een groeiende groep wetenschappers en later natuurlijk het grote publiek en de commercie. Dat duurde nog zeker tot begin jaren ‘90 met de komst van providers als XS4ALL en online diensten als De Digitale Stad Amsterdam.
Bovenstaande kennis komt niet zo uit de lucht vallen. Ik kwam het tegen op het blog van Jak Boumans, de schrijver van “Toen digitale media nog nieuw waren: Pre-internet in de polder (1967-1997)”. In 2011 ontmoette ik Jak, hij gaf een lezing op de Hogeschool Utrecht bij het lectoraat waar ik werkte en zijn verhalen over de geschiedenis van het Nederlandse internet werkte aanstekelijk. Ik had zelf net Bloghelden geschreven en ergens broedde een idee om een groter boek te schrijven over de geschiedenis van het Nederlandse internet. Jak en ik hebben nog wat gebrainstormed over een gezamenlijk project waarbij we pioniers van het Nederlandse internet zouden interviewen. Helaas is het bij een eerste brainstorm gebleven, om allerlei redenen heeft het project nooit echt verder doorgang gekregen. Jaren later kwam Tweakers met hun serie Polderpioniers, mooi portretten van de internet pioniers in ons kikkerlandje!
The Never-Ending Now
David Perell schrijft een blogpost met de nieuwsgierigmakende titel “The Never-Ending Now”. Perell ziet met lede ogen hoe een groep digital natives – zijn woordkeuze…- in een taxi door hun telefoon scrollen, tappen en tikken om hun wereld bij te houden. Het valt hem op dat ze allemaal niet verder terug kijken dan de laatste 24 uur. Voor Perell is dat het bewijs dat we leven in een nooit-eindigend hamsterwiel van Content Van Nu, we zijn blind voor onze plek in de geschiedenis en raken al in de war van een chaos-theorie-bevestigend briesje van een vlinder.
Ik ben oprecht jaloers op de term Never-Ending Now. Ik vind het een prachtige term die het hier en nu beschrijft. De periode in de geschiedenis waar we alles opslaan, waar alles wat iedereen doet en deelt een plek krijgt in publieke communicatie. Ik zit er alleen mee dat Perell het doet voorkomen alsof het iets slechts is. Het gegeven dat een generatie ná hem elkaar op een andere manier vindt, volgt en verbindt valt slecht bij hem.
Maar leven we niet altijd al in die Never-Ending Now? Toen Beertema die e-mail kreeg in 1988, was hij misschien niet zo bezig met de historische betekenis van het moment maar meer wat er nú mogelijk was.
In bovenstaande mini-documentaire van het CWI hoor je pioniers Steven Pemberton en Teus Hagen eveneens zeggen dat ze eigenlijk geen idee hadden dat het zo zou exploderen. Zij zaten in hun Never-Ending Now van dat moment.
‘Achteraf gezien was het tot stand brengen van die eerste verbinding een historisch moment, iets wat we toen nog niet beseften.’
De relatie die je met het verleden hebt, kun je alleen krijgen als je in het heden leeft en het heden beleeft. Ik geloof niet dat we een generatie hebben die blind is voor onze plaats in de wereldgeschiedenis. Ik geloof wel in een generatie die de middelen en de mogelijkheden van het hier en nu maximaal inzetten om hun plaats in de wereldgeschiedenis vast te leggen voor toekomstige historici. Daar hoort een avondje achteloos rondklikken en -delen bij. Maar er is nog veel meer mogelijk en zij zullen dat laten zien.
Timeboxed lezen en tsundoku
Nu de dagen korter worden en de avonden kouder, lijkt het of mijn directe digitale netwerk zich nestelt rondom de boekenkast. In plaats van een wat kouder aandoende e-book lezer, kan het inderdaad fijner zijn om met een boek op de bank te kruipen.
Eerlijk gezegd, ik kan me er weer steeds minder toe zetten, ik moet nodig mijn eigen tip van het Timeboxed Lezen in gang zetten. Ik lees dat het Elmine mogelijk kan helpen, daar ben ik blij om! Haar eigen inzicht, “Het is tijd om de associatie met een goed leesmoment te verleggen” is iets wat mezelf ter harte moet nemen. Hop, die timer pakken en een kwartiertje iets lezen uit mijn stapel ongelezen boeken.
Wist je trouwens dat er een Japans woord bestaat voor stapels ongelezen nieuwe boeken? Tsundoku. Dat lijkt mij een prima naam voor een boekhandel.
Ik leerde het woord bij Austin Kleon. Hij deelt op zijn blog de stapels ongelezen boeken die overal in huis liggen, een gedragserfenis die hij van zijn vader overhield.
De boeken in ons huis zijn verborgen in dozen en kisten. Sinds onze verhuizing in december 2016 hebben wij nog steeds geen boekenkast in ons nieuwe huis. We hadden het geluk dat ons vorige huis allerlei ingebouwde (boeken)kasten had waar we onze verzameling vrij eenvoudig konden opbergen. Dat is nu niet het geval en we twijfelen al twee jaar over dé perfecte boekenkast die in ons huis past én binnen ons budget valt. Is daar een Japans woord? “De twijfel voor de perfecte boekenkast”?
Het kleine stapeltje op de salontafel naast me (zie de foto boven deze post) zijn slechts een paar boeken en magazines die klaar liggen om (verder uit) gelezen te worden. In werkelijkheid is mijn tsundoku vele malen groter….
Bonus: Alsof het nog niet genoeg is met blogposts over boeken, check de uitleg van Peter Rukavina over de verschillende stickers en barcodes op bibliotheekboeken. Fascinerend!
MuMuFication
Ik ben altijd al een fan geweest van de KLF-acties
The Justified Ancients of Mu Mu are building a pyramid. The pyramid will be constructed of 34592 bricks. Each brick in the pyramid will contain the ash of a dead person. This process is called MuMufication.