Ik las ooit op Twitter de volgende opmerking: “Wie naar het verleden kijkt staat met zijn rug naar de toekomst.” Ik was het er toen al niet mee eens en nog steeds niet. Het impliceert alsof terugkijken iets slechts is, dat het je tegenhoudt om vooruit te kijken. Ik vind het juist heel verhelderend om naar het verleden te kijken. Met name in het verleden van nieuwe media introducties kun je veel herhalingen, golfbewegingen en gelijke zetten terugzien. Ik werd er aan herinnerd toen ik zojuist deze quote las op de site van John Lilly:
I picked up a phrase some time ago that I think applies: “The next big thing is always beneath contempt.” Implication being that it is, of course, until it isn’t. Until it’s too big to ignore. This has happened over and over again in our society. In the middle ages, people assumed that no serious discussion could happen in anything but Latin — the so-called “vulgar” languages had no merit. And writers assumed that nothing interesting or lasting would come from this new medium of television. And, I think, people assume right now that nothing important will be created from a 10” touch screen without a keyboard (let alone a tiny 3.5” screen).
Toen de iPhone en later de iPad op de markt kwam was de kritiek vooral gericht op de consumptiefactor van de apparaten. Je kunt toch niets serieus produceren met een tablet of een smartphone? We weten inmiddels beter. De vraag zal steeds meer worden wat de rol van reguliere PC’s en laptops in het huishouden zullen worden. Want heb je die nog wel continu nodig? Of zullen ze weer verdwijnen naar de zolderkamer of de werkkamer, waar de desktoprevolutie ooit begon?
Denk bij de introductie van een nieuw medium niet direct in de beperkingen, gebaseerd op de mogelijkheden van het huidige landschap. Maar kijk wat het nieuwe kan toevoegen, veranderen of versterken. Dan komen de nieuwe inzichten.
Waarom dat beeld boven deze post? Als je een iPad hebt, probeer Paper eens. En je snapt hoe een tablet iets kan toevoegen aan het eeuwenoude tekenen op papier.