Vandaag was ik in Amsterdam bij de intervisiebijeenkomst voor vijf van de zes afstudeerders die ik begeleid voor de opleiding CMD. Deze keer waren we te gast bij één van de opdrachtgevers, platenzaak Concerto in de Utrechtsestraat te Amsterdam. In de zaak was het nog opvallend rustig gezien de voorbereidingen voor Record Store Day morgen. Mocht je nog nooit bij Concerto zijn geweest, ik kan het je aanraden. vier (of vijf?) panden met elkaar verbonden, elke winkel heeft zijn eigen specialisatie. Van de koffiebar met boekenwinkel en live optredens via Soul/World/Folk naar Rock naar tweedehands om tenslotte bij de vinylsectie te komen. De intervisiebijeenkomst was na een uurtje wel voorbij, daarna kon ik nog even rondsnuffelen in de platenzaak. Daar betrapte ik mezelf op twee heel tegenstrijdige, maar misschien wel logisch gedrag.
Overal in de winkels kun je naar muziek luisteren, op verschillende plekken aan de muur hangen koptelefoons en kun je vijf CD’s luisteren met een simpele bediening in de muur. Zo stond ik naar de verrassend goede albums te luisteren van Bullerslug en Gingerpig. Beiden op het Suburban-label, sowieso een aanrader om dat eens te bekijken en te beluisteren. Maar ik betrapte mezelf er op dat ik tijdens het luisteren op mijn telefoon checkte of de albums op Spotify staan. Daar zijn ze te vinden, waardoor ik direct dacht “Prima, kan ik ze lekker thuis op mijn gemak luisteren en hoef ik ze nu niet te kopen”. Ik merkte aan mezelf dat ik erg onrustig door de platenzaak liep. Misschien had het iets met de overdosis Americano van de koffiebar te maken, maar ik kon me niet echt focussen om door de bakken te bladeren. Jaren geleden kon ik op mijn gemak door een bak met CD’s bladeren, er een stuk of 10 meenemen naar de balie en even beluisteren. Nu schiet ik van Spotify naar Youtube naar Soundcloud om wat nieuws te horen en klik ik van de ene track naar de andere. In mijn eigen tempo, in mijn eigen omgeving en in mijn eigen tijd. Meestal ’s avonds.
Maar daar staat iets anders tegenover. Ik liep rond in de tweedehands sectie, waar ze eveneens platenspelers verkopen. Mijn oog viel op een fraai koffertje met kleine platenspeler, de Crosley Cruiser. Een fraai vintage-ogend platenspelertje. Niet het beste geluid, maar gewoon een leuk hebbeding. Eerst durfde ik hem niet te testen, tot de dame achter de balie zei dat ik hem best even mocht aanzetten. Dat was een hele vreemde gewaarwording.
Allereerst moest ik al zoeken naar de Aan-knop. Wat heel ouderwets betekende dat ik de volumeknop naar rechts moest draaien. Voorzichtig de armatuur met naald oppakken en op het singeltje leggen. Een beweging die ik volgens mij al 15 jaar niet meer had gemaakt. Krakend komt er wat oude surfpunk uit de speakertjes. Ik heb helaas niet opgelet welke 45 toeren plaat draaide. Ik keek vol verbazing naar de Cruiser. Niet eens vanwege het geluid wat er uit kwam. Maar om mijn eigen reactie. Ik was ineens weer dat jochie van 6 dat voor het eerst zijn eigen plaatjes draait op de slaapkamer. Nieuwe muziek ontdekken, als het singeltje is afgelopen, de B-kant opzetten. En dat een avond achter elkaar. Dat gevoel had ik ineens als 39 jarige in die platenzaak.
Dat gevoel werd nog eens versterkt toen ik door de vinylsectie wandelde en albums in mijn handen hield van oude favorieten (Smashing Pumpkins’ Gish) en recentere uitgaven zoals Blunderbuss van Jack White of de soundtrack voor Sound City. Vooral die laatste was bijzonder. Een dubbelalbum op zwaar vinyl geperst. De tracklisting is op Spotify 11 nummers. Dat zijn vier zijden van een vinylalbum. Prachtig om vast te hebben. Bijna gekocht. Toch niet gedaan. Evenals de Crosley Cruiser.
Misschien is het valse nostalgie. Misschien is het oude-mannen-praat. Maar toch…terwijl ik deze blogpost schrijf, staat op Spotify het laatste album op van The Pignose Willy’s. Rammelende garagetrashblues uit Haarlem. Prima album, maar de muziek leent zich er voor om naast me op tafel uit zo’n draaitafeltje te komen. Blik bier erbij en gaan.