Een boek heeft een voor- en achterkaft, witte pagina’s, veel letters en als het even meezit een foto van de auteur op de binnenflap op achterkaft. Is dat nog steeds zo? Voor een groot deel wel. Net als het gegeven dat we een boek beginnen op pagina 1 en heel lineair naar het einde uitlezen. Is dat nog zo? Ergens in de jaren ‘90 kocht ik het boek “Virtuele Tomaten en Conceptuele Pindakaas” van Goos Geursen en was behoorlijk in de war hoe het boek was opgezet. Geen begin en geen einde. Ik kon instappen waar ik wilde. Geen pagina-nummering maar symbolen, wat de noten in mijn eindscriptie wel interessant maakte. Het gegeven dat de mediadrager mee verandert met de ontwikkeling van het publiek is interessant. Voor elk medium kun je deze ontwikkeling benoemen. SMS was voor het versturen van korte berichten tussen gebruikers via de telefoonlijn, waar inmiddels een complete industrie om is ontstaan. De SMS taal is ontwikkeld door de gebruikers, zonder een formeel bestuur of orgaan wat de taal moet goedkeuren.
Bij Twitter lijkt het wat lastiger te gaan. In de reacties van de laatste recensie op Recensiekoning, @ in plaats van #, is een teneur te lezen dat “nieuwe gebruikers Twitter niet snappen” en het eens goed moeten gebruiken. Het lijkt mij dat het een typische reactie is op een platform wat in ontwikkeling is. Maria Popova schreef eerder deze week op Niemans Lab al een uitstekend artikel over “A new kind of authorship” waarin ze aanspoort voor een nieuwe conventie voor correctie en attributie in tweets. Hier zie je ook dat door een stijgend gebruik van het platform er nieuwe conventies ontstaan, dat er op een andere manier gebruik wordt gemaakt van hashtags dan misschien ooit de bedoeling was. Is dat erg? Nee, wat mij betreft niet. Het verrijkt taal, verandert communicatie en laat zien dat een cultuur constant in beweging is. Hashtags waren bedoeld voor het bij elkaar houden van tweets rondom een thema (Pinkpop, een conferentie, een verjaardag, een revolutie) maar je ziet er dat er meer en ander gebruik van wordt gemaakt.
Nu gaat het bij de Recensiekoning om het verwarren van een @ met de #. Waarbij de @ voor een woord betekent dat je een antwoord geeft aan iemand, is de # een verzameling tweets rondom een gemeenschappelijk thema. Maar het is niet helemaal onbegrijpelijk. @ of “At” is uiteraard goed te gebruiken als plaatsbepaling. Maar denk dan aan de spatie tussen de @ en de plaats (@ huis ipv @huis). De twee tekens zijn door de vroegere Twitter gebruikers bedacht en later door Twitter zelf geïntegreerd in de dienst. Bedacht in een tijd dat er slechts een paar honderdduizend gebruikers zijn die veelal in de internetindustrie werkzaam zijn. Een gezamenlijke codering is dan sneller afgesproken, zelfs als niet iedereen direct aan elkaar gelinkt is. Gezamenlijke blogs, podcasts en andere media zorgen voor een verspreiding van de onofficiële schrijfwijzen. Maar nu Twitter meer en meer een breed cultureel gedragen platform wordt, is het wellicht belangrijker om de conventies uit het verleden breed te verspreiden en uit te leggen. Of is het juist tijd voor nieuwe conventies?