• Skip to primary navigation
  • Skip to main content
  • Skip to footer

Digging the Digital

Vol Blogdrift!

  • /Now
  • Nieuw? Start hier
    • Blogroll
    • Tag Index
  • Startgids Mastodon
  • WordPress en Indieweb
    • WordPress en het indieweb
    • Hoe gebruik je IndieAuth met WordPress
    • WordPress en webmentions
    • WordPress en Micropub
    • WordPress en de Post Kind plugin
  • Notities
  • Bookmarks
  • Likes

howto

Met MailPoet heb ik mijn nieuwsbrief nu in eigen beheer

6 June 2020 door Frank Meeuwsen 4 Comments

Het afgelopen jaar heb ik mijn nieuwsbrief OPEN via Revue verstuurd. Dat is altijd goed gegaan en de service van Revue is prima. Maar de laatste maanden begon ik me af te vragen waarom mijn nieuwsbrief niet gewoon op mijn eigen moederschip zou staan. Daarom heb ik een tijdje terug het archief op mijn site gezet en een Integromat koppeling gemaakt tussen Revue en mijn blog.

Daarna bedacht ik me, zou ik niet alles op mijn eigen domein kunnen doen? Dankzij goede vriend Remkus de Vries, WordPress-ambassadeur-extraordinaire en liefhebber van goede muziek, ging ik op zoek naar alternatieven. Plugins en services die in WordPress draaien en een nieuwsbrief goed kunnen versturen.

Plugin keuze

Ik koos voor de plugin MailPoet om de nieuwsbrief te schrijven en te versturen. Dit doen ze via hun eigen infrastructuur, waarmee de bezorging in je inbox moet zijn in plaats van de spambox. Zolang ik onder de 1000 abonnees blijf, is MailPoet nog gratis. Dat is voor mij op dit moment wel een relevant criterium, met alle kleine abonnementjes en diensten die ik afneem.

Ervaringen met MailPoet

Afgelopen week heb ik de eerste editie via Mailpoet verstuurd. De nieuwsbrief editor in WordPress is prima te gebruiken en intuïtief in gebruik. Ik kan eenvoudig blogposts toevoegen of afbeeldingen die ik al op mijn site heb.

24 uur na het verzenden krijg ik een overzicht van het aantal geopende emails en hoeveel er is geklikt. Gelukkig blijft die op hetzelfde niveau als ik bij Revue had (>50% opens en >12% kliks) en komt de nieuwsbrief dus bij iedereen nog steeds goed aan.

Doorplaatsen editie

Maar niet alles is ideaal voor mij bij MailPoet. Wat ik niet goed had getest en nu mis van Revue, is de mogelijkheid om een verstuurde nieuwsbrief als blogpost door te plaatsen.

Revue heeft een API en met Integromat kan ik via de API steeds de laatste editie als blogpost doorplaatsen. Ik ben nu een middag bezig geweest om te zien wat er mogelijk is met MailPoet. Maar vreemd genoeg kan ik geen goede manier vinden om een verstuurde nieuwsbrief automatisch door te plaatsen als blogpost.

MailPoet heeft geen API waarmee ik edities kan ophalen, dus ik moet het op een andere manier opvangen. Bijvoorbeeld met een ontvangen editie van de nieuwsbrief in mijn mailbox. Dat kan met Integromat. Maar de ontvangen tekst en HTML van de nieuwsbrief is lastig om te zetten naar een goed leesbare blogpost. MailPoet heeft een eigen manier om een archief van verstuurde nieuwsbrieven te tonen en ik kan prima direct linken naar de laatste editie. Maar beide zijn net niet zoals ik het zou willen.

Het is een kleine tegenslag in verder een prima plugin om vanaf je eigen domein nieuwsbrieven te maken, te versturen én om zelf controle te hebben over je lijst met mailadressen. Ik ben er van overtuigd dat we de komende tijd verbeteringen bij MailPoet gaan zien. Ze hebben in elk geval een openbare lijst met Feature Requests met onder andere de Integromat integratie.

Natuurlijk kun je je direct abonneren op mijn nieuwsbrief via onderstaande formulier. Vul je mailadres in en ontvang je OPEN wekelijks in je inbox!

[mailerlite_form form_id=4]

Opgeslagen onder: bloggen Tags: howto, nieuwsbrief, plugin, technologie, webtech, WordPress

WordPress en webmentions

29 December 2019 door Frank Meeuwsen 41 Comments

Op Twitter, Instagram, Facebook, Mastodon en LinkedIn is het vrij normaal om andere gebruikers te vermelden door hun accountnaam in je update te noemen. Groot gemaakt door Twitter is de @-mention nu een bekend fenomeen op het web. De netwerken zijn zo slim om deze gebruiker een notificatie te sturen, die dan weet dat hij is vermeld in de update. Wat weer interactie op gang kan brengen, meer tijd op het netwerk zelf etcetera. Ik vind het een fantastisch mechanisme wat inmiddels gemeengoed is op het sociale web. Helaas hebben de netwerken kunstmatige muren gebouwd rondom hun eigen notificaties. Als je er over nadenkt is dat een vreemde situatie. Het web is van oorsprong een open netwerk waar je ongeacht de plaats waar je bent, met elkaar kunt communiceren

Maar ik kan met mijn Twitter account niet een vriend op LinkedIn account noemen zodat deze een notificatie krijgt. Of als ik een Facebook post zie waar ik op wil reageren, dan moet ik dat via Facebook doen. Ik kan niet op mijn Mastodon tijdlijn iets posten met een @-mention naar een Facebook gebruiker. Het businessmodel van het internet is je aandacht vooral op het eigen netwerk te houden, je tijd daar te maximaliseren zodat de waarde van het netwerk groter wordt. Niet voor jou, maar voor aandeelhouders en adverteerders.

Stel je eens voor dat je met een KPN abonnement alleen kunt bellen en appen met andere KPN gebruikers. Wil je iemand bellen die een T-Mobile abonnement heeft, dan is dat niet mogelijk. Er zouden vrij snel vragen uit de politiek en publiek komen, die verandering eisen.

Wat zijn webmentions?

De laatste jaren is er gewerkt aan Webmentions. Dit is een nieuw protocol, makkelijker te implementeren dan de oudere pingbacks, minder spamgevoelig en het geeft je de mogelijkheid om je eigen website als een node in een sociaal netwerk te gebruiken. Sinds de officiële bekendmaking begin 2017 zijn er al meer dan 1 miljoen webmentions verstuurd. Het is een open systeem, wat betekent dat persoonlijke websites van alle soorten en maten met elkaar kunnen communiceren. Ongeacht welk CMS systeem er achter zit, op wat voor server het draait of hoe de technologie draait. Het belangrijkste is dat de site het protocol moet ondersteunen en de binnenkomende webmentions kan weergeven. Op deze manier kan een WordPress blog communiceren met een Jekyll blog of een site op het Micro.blog netwerk.

Webmention is een gestandaardiseerde wijze waarmee een site een notificatie kan sturen naar een andere site om te laten weten dat de eerste een link bevat naar de laatste. Precies zoals je het kent van alle sociale netwerken. Maar dan zonder de kunstmatige muren. Webmentions stellen het web weer open, zoals het oorspronkelijk is bedoeld. Als ontvangende site kun je tevens de webmention verifiëren op echtheid en er voor kiezen dat het bericht waar je in bent genoemd onder jouw post wordt geplaatst. Zo kan er een discussie over een artikel plaatsvinden onder het artikel, waarbij alle deelnemers in de discussie hun updates plaatsen op de eigen site.

Webmentions zijn @-mentions die werken tussen persoonlijke sites

Het systeem werkt als volgt (Met dank aan Sebastiaan en Chris!)

  1. Mario heeft een weblog waar hij een post schrijft over zijn favoriete hobby, over paddestoelen springen en muntjes vangen.
  2. Luigi heeft eveneens zijn eigen blog. Hij vindt Mario’s post geweldig en schrijft op zijn eigen blog een artikel, waar hij linkt naar de post van Mario.
  3. Als Luigi zijn artikel publiceert, zal zijn publicatie-software automatisch de software van Mario’s blog een notificatie sturen dat zijn artikel is gelinkt bij Luigi. Dit is het Webmention protocol.
  4. De publicatiesoftware van Mario verifieert dat de post van Luigi inderdaad een link bevat naar zijn eigen artikel. Mario’s software heeft de mogelijkheid om onder het artikel van Mario automatisch een reactie te plaatsen die verwijst naar Luigi’s post. Dit is de Webmention weergave.

Mario kan in de templates van zijn blog zelf bepalen wat hij op welke manier laat zien van Luigi’s bericht. Alleen een melding dat Luigi iets heeft gepost, of een deel van de post bijgevoegd, een link terug, een avatar.

Sterker nog, Mario kan nu weer op zijn eigen site reageren op Luigi’s post door een nieuwe post te schrijven, waarin hij Luigi’s reactie vermeld. Zo ontvangt Luigi weer een webmention van Mario. Zo kunnen websites met elkaar communiceren zonder tussenkomst van een derde partij. De start van nieuwe sociale netwerken?

Webmentions bieden rijke interactie mogelijkheden

Tot nu hebben we het alleen over reacties op elkaar posts. Webmention is een protocol wat veel andere interactie-mogelijkheden in zicht heeft. Je kunt aangeven dat je een site hebt gebookmarkt, een like hebt gegeven, een RSVP bij een event doet, iets hebt geluisterd, bekeken of gelezen. De webmention zelf is een heel eenvoudig protocol, maar het open web biedt enorme mogelijkheden om er op verder te bouwen. Hoe werkt dit in combinatie met WordPress plugins? Dat gaan we nu bekijken.

Hoe installeer je de WordPress Webmention plugin?

De Webmention plugin is te vinden in je beheer onder Indieweb > Extensions of via de officiele WordPress plugin repository. Installeer en activeer de plugin om er mee te kunnen werken.

Wat stel je in na installatie

Na de activatie van de Webmention plugin vind je in het beheer onder het Indieweb tab de configuratie mogelijkheden van de Webmention plugin. Je ziet direct een notificatie op het scherm. De plugin verzorgt primair de werking van het Webmention protocol tussen jouw site en andere sites. De weergave van de binnenkomende Webmentions kan er vreemd uit zien, omdat er zoveel smaken publicatiesoftware en Webmention implementaties zijn. Je krijgt de aanbeveling om de Semantic Linkbacks Plugin te installeren. Deze plugin leg ik uit in een volgende blogpost. Voor nu zal ik deze stappen doen zonder de genoemde plugin.

Webmention Sender

Allereerst stellen we in hoe jouw website Webmentions zal versturen. Hier is één optie, namelijk de Self-Ping settings. Het zal geregeld voorkomen dat je linkt naar oudere artikelen op je eigen site. Wil je dan dat er Webmentions naar jezelf worden verstuurd, zodat bij de oudere artikelen weer links komen te staan naar meer recente posts op je site? Er zijn scenario’s waar dat interessant kan zijn. Je kunt deze optie uitzetten als je het liever niet hebt. Dit kan door de self-pings op dezelfde URL uit te zetten, door self-pings op je complete domein uit te schakelen en het uitschakelen van webmentions als je een afbeelding plaatst op je eigen site. In WordPress heeft elke afbeelding standaard zijn eigen pagina. Als je in je artikel een afbeelding plaatst, kan een webmention gaan naar de afbeeldingspagina. Nogmaals, het kan een interessant scenario zijn in sommige gevallen, maar veelal is het onnodig.

Webmention Receiver

Met de plugin kun je eveneens webmentions ontvangen. Hier heb je ook een aantal configuratie mogelijkheden. Allereerst kun je kiezen voor welke post-types je webmentions wilt ontvangen. Alleen je blogposts, of ook je pagina’s? Tevens kun je een standaard pagina kiezen voor webmentions die binnenkomen op je homepage. Als iemand dus linkt naar je homepage in plaats van een specifieke artikelpagina, kun je deze ook weergeven op een aparte pagina. Of op de homepage zelf natuurlijk. (Let op: Deze functionaliteit is nog niet 100% werkend na installatie, zie onder bij Eigenaardigheden hoe je dit kunt fixen…)

Vervolgens kun je een whitelist maken van domeinen waar je automatisch webmentions van wilt ontvangen. Als een binnenkomende webmention niet in deze lijst staat zul je hem eerst moeten goedkeuren.

Nu je webmentions kunt ontvangen is het mogelijk dat je naast je reactieformulier een extra veld toevoegt. Als we teruggaan naar bovenstaande voorbeeld, stel dat Luigi’s site geen webmentions kan versturen. Nu kan Luigi onder de post van Mario de URL plaatsen van zijn artikel. Als in dit artikel een link staat naar de post van Mario, dan zal de plugin van Mario de post van Luigi accepteren en weergeven als reactie.

Tenslotte kun je er nog voor kiezen om avatars wel of niet weer te geven bij de reacties.

Hoe test je de Webmention plugin

Er zijn allerlei manieren om de Webmention plugin te testen, zowel met een testsuite als je eigen site of andere sites. Zo kun je prima mijn testsite gebruiken om je implementatie van Webmentions te testen. Je kunt eventueel oudere blogposts van jezelf gebruiken om naar te linken en te zien of webmentions binnenkomen.

De pagina Webmention Rocks geeft je allerlei instrumenten om webmentions te testen op je site. Het gaat buiten de scope van dit artikel om de complete testsuite uit te leggen. Kort gezegd, met het blokje “Webmention Endpoint Discovery” kun je een post maken op je eigen site met links naar de verschillende tests op de suite. Hiermee test je het versturen van webmentions van jouw site naar andere sites. Met het blokje “Testing your Receiver” kun je nagaan of jouw site webmentions kan ontvangen en weergeven. Mijn advies is om hier een testpost of oudere post voor te gebruiken.

Eigenaardigheden

De Webmention plugin is een paar jaar oud. Zoals ik in het begin al zei, hij werkt eigenlijk het beste met de Semantic Linkback Plugin om de weergave van Webmentions beter te maken op je site. De makers van deze plugins zijn bezig om de twee samen te voegen. Ten tijde van publicatie van dit artikel was er nog geen tijdlijn bekend. Er zijn nog altijd een paar eigenaardigheden in de plugin, die niet altijd even eenvoudig zijn op te lossen.

Whitelisting werkt niet consistent

In de plugin kun je een whitelist maken van domeinen waar je automatisch de webmentions van wilt accepteren. Mijn ervaring is dat dit niet altijd 100% werkt. Ondanks dat ik domeinen toevoeg aan de whitelist moet ik webmentions van diezelfde domeinen toch nog goedkeuren voor plaatsing. Hou dus je reacties in de gaten, want je zult zo nu en dan reacties alsnog moeten goedkeuren.

Webmention naar je homepage.

Webmentions naar je homepage sturen werkt nog niet direct na het instellen. Je moet hier nog wat extra stappen voor zetten. Op veel WordPress sites is het standaard niet mogelijk om reacties te sturen naar pagina’s. Dit moet je expliciet aanzetten per pagina. Het probleem is dat dit met je homepage, een lijst met je laatste blogposts, niet direct kan. Daarom kies je in de configuratie van je Webmention plugin een pagina waar je de webmentions wilt ontvangen.

Vervolgens ga je naar het edit scherm voor deze specifieke pagina en zet je de optie aan “Reacties toestaan”. Dit is er zowel in de Gutenberg editor en de klassieke editor. Maar je moet het aanpassen in de klassieke editor, want de optie “Reacties toestaan” zorgt er alleen voor dat er op je pagina reacties worden weergegeven. In de klassieke editor zit eveneens de optie “Trackbacks en pingbacks toestaan” die je moet aanzetten om webmentions te ontvangen op je pagina. Pas dan zul je webmentions kunnen ontvangen op je homepage en ze weergeven op de speciale pagina die je opgeeft in de configuratie van de Webmentions Plugin.

Hoe nu verder?

Met dit artikel heb ik je een eerste indruk gegeven hoe @-mentions tussen websites kunnen communiceren en worden weergegeven. Er is al veel over webmentions geschreven, met name de technische achtergrond van het protocol. Wil je meer weten over webmentions, dan kan ik je de volgende artikelen aanraden:

  • A List Apart: Webmentions: Enabling Better Communication on the Internet
  • Aaron Parecki’s Sending your First Webmention from Scratch
  • Sebastiaan Andeweg’s fraaie uitleg De magie van webmentions

Webmentions zijn naar mijn idee de meest krachtige bouwsteen van het open internet. Maar tegelijk bieden ze hoofdbrekens om goed te doorgronden en ze goed werkend te krijgen op je site. Maar het kán wel! Veel themes en plugins werken nog niet lekker met de weergave van Webmentions. Daarom is er de Semantic Linkback plugin, waarmee je de weergave van binnenkomende webmentions een stuk aangenamer kunt maken!

Tevens is er nog de mogelijkheid om discussies die op Twitter plaatsvinden over jouw artikel, op je site te tonen. Dit gebeurt eveneens met Webmentions en heet Backfeed. Dit zal ik eveneens in een apart artikel uitleggen hoe je hier mee aan de slag kunt.

Lees eveneens mijn eerdere artikelen over WordPress en de Indieweb plugins:

  • Hoe installeer je de Indieweb plugin?
  • De IndieAuth plugin om in te loggen met je eigen domein
  • Micropub geeft je nieuwe manieren om artikelen te schrijven
  • De Post Kinds plugin geeft je een rijkjeid aan nieuwe soorten posts op je blog

Opgeslagen onder: indieweb Tags: handleiding, howto, indieweb, plugin, webmentions, WordPress

WordPress en de Post Kind plugin

12 December 2019 door Frank Meeuwsen 22 Comments

In deze serie blogposts wil ik je helpen hoe je met een WordPress site gebruik kunt maken van de diverse IndieWeb plugins. Zoals het kunnen inloggen op andere sites met je eigen domeinnaam en nieuwe artikelen plaatsen met andere applicaties.

Aan de hand van dit artikel laat ik je zien hoe je verschillende soorten posts kunt maken in WordPress. Van bookmarks tot notities, gelezen boeken of locatie checkins. Welkom in de wereld van de Post Kinds.

Wat is Post Kind?

De Post Kind plugin is een WordPress plugin die het mogelijk maakt om allerhande nieuwe social media-achtige posts te maken op je eigen site. Zo zie je op mijn site zo nu en dan bookmark-posts voorbij komen of kortere notities.

WordPress komt standaard met een aantal Post Formats, zoals artikel, status, aside, gallery, link, image etcetera. Hier zijn ze mee gestart toen met name Tumblr met een blogplatform kwam waar deze post types goed werden ondersteund.

Veel WordPress theme ontwikkelaars zijn de Post Formats gaan ondersteunen. Dit betekent in de praktijk dat in het thema door middel van opmaak en weergave de post een bepaalde stijl krijgt. Zo krijgt een Status post geen titel en is het een korte update.

Waarom is dat belangrijk?

Er is geen onherroepelijk bewijs voor, maar het lijkt dat de Post Formats steeds minder worden ondersteund en gebruikt in WordPress themes. De Post Kind plugins pakt de handschoen op van de Post Formats en moderniseert de manier waarop de verschillende soorten posts worden weergegeven én biedt een platform om nieuwe post formaten zelf toe te voegen.

Hoe installeer je de Post Kind plugin?

De installatie van de Post Kind plugin is relatief eenvoudig. Als je de Indieweb plugin hebt geïnstalleerd kun je hem vinden via Indieweb > Extensions in je beheer. Of je gaat via de officiële WordPress Plugin repository en zoekt op Post Kind.

Let op, de Post Kinds plugin werkt niet met de nieuwe Gutenberg editor van WordPress.

Wat stel je vervolgens in?

De configuratie vind je onder Indieweb > Post Kinds tab in je beheer. Hier zie je direct een groot aantal mogelijkheden om posts te maken. Je kunt zelf instellen welke soort posts je wilt maken op je site. Een aantal zijn al vooraf geselecteerd voor je. Ik kan je adviseren om niet direct alles aan te zetten, omdat het je administratie-scherm erg vol maakt. Zet die Post Kinds aan die je zeker gaat gebruiken. Als je later besluit om bepaalde Post Kinds niet meer te gebruiken, kun je ze altijd weer uitzetten, of juist andere types toevoegen.

Een andere optie die je kiest is de Default Kind for new posts. Het ligt er aan hoe je je site wilt gebruiken. Is het een standaardblog? Zet hem dan op Article. Wil je een linkblog maken? Gebruik Bookmark.

Beschikbare Post Kinds

Na installatie vind je in de configuratie de soorten Post Kinds die je direct kunt gebruiken en een bepaalde vormgeving hebben voor je thema. Dit zijn de volgende Kinds:

Niet-interactieve Kinds

  • Article – De traditionele blogpost met titel.
  • Note – Een statusupdate, een tweet-achtige notitie.
  • Photo – Een post met een afbeelding als focus. Dit kan de featured image zijn van je post of een van de andere toegevoegde afbeeldingen. Dit is afhankelijk van je theme.
  • Video – Een post met een embedded video als focus.
  • Audio – Een post met een embedded audiobestand als focus.

Interactie Kinds

Deze lijst met Post Kinds zijn bedoeld om interactie met andere sites mogelijk te maken. Denk aan een reactie op een bepaalde post, een bookmark of een like. Voor een betere weergave en meer mogelijkheden is het aan te raden om de Post Kinds plugin te gebruiken samen met de Webmentions en Semantic Linkbacks plugin. Deze zal ik in een vervolgartikel bespreken. Hiermee is het mogelijk om de eigenaar van het artikel waar je op reageert automatisch een notificatie te sturen en om je eigen site veel meer je eigen hub te maken van je antwoorden en interacties.

  • Reply – Een antwoord publiceren op een post van iemand anders
  • Repost – Een volledige repost van iemand anders content
  • Like – Complimenten aan de originele auteur van een artikel
  • Favorite – Bepaalde content die speciaal voor je is
  • Bookmark – Een link of bookmark opslaan.
  • Quote – Een quote publiceren
  • RSVP – Via je eigen site laten weten of je bij een bepaald evenement aanwezig bent.

Passieve Kinds

De passieve Kinds zijn vooral om duidelijk te maken dat je iets hebt gedaan. Je kunt het vergelijken met het “scrobblen” op Last FM, dat automatisch voor je bijhoudt waar je naar luistert. In de plugin kunnen dit zijn:

  • Listen – Luisteren naar en audio post
  • Jam – Luisteren naar een muziekstuk wat speciaal voor je is.
  • Watch – Een video bekijken
  • Play – Een spel spelen
  • Read – Iets lezen.
  • Eat – Wat ben je aan het eten
  • Drink – Wat drink je
  • Checkin – Laten weten dat je op een specifieke locatie bent.

Je merkt in bovenstaande lijsten al dat de keuze voor de Post Kinds en de uitleg van de plugin ontwikkelaar best arbitrair is. Wanneer is iets een Like en wanneer een Favorite? Maakt het iets uit voor je? Kies hier vooral wat je zelf wilt en laat je niet teveel leiden door de omschrijvingen.

Hoe gebruik je de plugin?

Ik begin met een simpel voorbeeld, het posten van een bookmark. Ik wil op mijn testsite meer bookmarks plaatsen rondom het Indieweb en ik begin met een bookmark van het artikel Een eigen huis op het IndieWeb op deze site. Ik klik in het WordPress beheer op Posts > Add New en in het vervolgscherm kies ik in de metabox voor Bookmark. Let op, voor je begint, klik nog op Screen Options en zet de het veld Response Properties aan. Deze zou standaard aan moeten staan, maar je weet maar nooit.

Je ziet bij je standaard editor een extra box waar je een URL kunt invoeren. Ik zet hier de URL van de bookmark. Op de achtergrond gaat de plugin informatie ophalen van de URL en laat deze zien als je op Details klikt. Het is afhankelijk van de site die je wilt bookmarken welke informatie je krijgt. Mis je iets, zoals een auteur of een ondertitel, dan kun je dit handmatig toevoegen.

Als je de contextuele informatie van je bookmark hebt toegevoegd, kun je nog eigen tekst toevoegen alsof het een normale blogpost betreft. Geef eventueel extra metadata zoals categorie, tags en datum en klik op publiceren.

Zoals je ziet voegt Post Kinds standaard extra informatie toe aan je blogpost. De contextuele informatie die we in het beheer hebben geplaatst, wordt boven je eigen post geplaatst. In de configuratie van de plugin kun je deze ook onder je eigen post plaatsen, het is maar net wat je voorkeur heeft.

Probeer de verschillende Post Kinds eens, voeg likes en favorites toe of een reply op een blogpost. Hou er wel rekening mee dat jouw antwoord op een blogpost nog niet automatisch zichtbaar is bij de originele site. Hier is de Webmention plugin voor nodig, die we in een volgend artikel in detail bespreken.

Post Kind en Micropub

Veel diensten als Pocket en Instapaper hebben eenvoudige one-click manieren om snel een bookmark toe te voegen aan hun dienst. Dat is logisch, je wilt zo min mogelijk frictie om iets te publiceren en mogelijk te delen. Bovenstaande stappen om een bookmark of een like via de WordPress admin te publiceren zijn er te veel. Als je steeds naar de editor moet, dat gaat te snel vervelen en doe je dat niet meer. Dus is het zaak om het jezelf zo makkelijk mogelijk te maken.

Gelukkig is daar de Micropub plugin die we al eerder hebben geïnstalleerd. In combinatie met de Post Kind plugin kun je behoorlijk snel posts maken én ze in de juiste vorm tonen op je site. Zoals je nog weet is de Quill app een handige dienst om iets te posten op je site via Micropub. De bookmark-functie heeft een zogenaamde bookmarklet. Een klein stukje code die je als knop in je browser-balk kunt plaatsen. Hetzelfde geldt voor de Favorite-functie. Samen met de Post Kinds plugin worden bookmarks en favorites direct in de juiste vorm weergegeven, een mooie combinatie dus! Als je liever direct in de WordPress omgeving schrijft met een bookmarklet, dan kan ik je deze uitleg van Chris Aldrich aanbevelen. Tevens als je op zoek bent naar mobiele oplossingen.

Hoe nu verder?

Met deze post heb ik vooral de basics van de Post Kind plugin willen uitleggen. Er is veel mogelijk met deze plugin, zelfs je eigen Post Kind type maken. Je kunt de vormgeving van de individuele Post Kinds aanpassen door middel van eigen templates, maar dat vereist wel wat programmeerwerk.

De Post Kinds plugin hangt heel nauw samen met de Micropub plugin en de Webmentions plugin, vooral om echt goed gebruik te maken van de interactieve kinds die ik hier boven beschrijf. Ik kan je dan ook aanraden om naast Post Kinds de Webmention plugin te installeren en verder te gaan met je Indieweb avontuur!

Credits

Veel dank aan Chris Aldrich en zijn Engelstalige uitleg van deze plugin en de vele updates en aanvullingen op zijn blog!

Opgeslagen onder: indieweb Tags: bloggen, handleiding, howto, indieweb, post kinds, WordPress

WordPress en Micropub

23 October 2019 door Frank Meeuwsen 16 Comments

Dit is het derde artikel in een serie waarin ik je wil uitleggen hoe je met een WordPress site gebruik kunt maken van de diverse IndieWeb plugins. Zoals het kunnen inloggen op andere sites met je eigen domeinnaam, reageren op andere sites met je eigen blog en nieuwe artikelen plaatsen met andere applicaties.

In dit artikel leer je hoe je met een plugin heel eenvoudig vanaf andere plaatsen op je eigen site kunt publiceren. Dit gebeurt via Micropub.

Wat is Micropub

Micropub is een open API standaard (W3C aanbevolen) om artikelen te maken, bewerken en verwijderen op je eigen site. Micropub is ondersteund door een groeiend aantal apps en CMS-systemen.

Waarom is dit relevant?

Simpel gezegd: Keuzevrijheid. Je kunt zelf kiezen met welke app of op welke manier je iets op je site publiceert. Omdat Micropub gebruik maakt van bestaande internet protocollen is op allerlei manieren inzetbaar. Je kunt gebruik blijven maken van bijvoorbeeld de mobiele WordPress app, maar deze ondersteund niet altijd extra publicatiemogelijkheden. Mijn persoonlijke ervaring is dat ik met de WordPress app nog altijd niet op mijn blog kan publiceren via de iOS Sharesheet. Een groot gemis en bekend bij de ontwikkelaars. Maar helaas wordt daar op dit moment nog niets aan gedaan.

Verder maakt Micropub gebruik van IndieAuth om je te identificeren en authorizeren. Dat betekent dat je geen loginnaam en wachtwoord hoeft te delen met een andere app, of speciale wachtwoorden aan te maken.

Voor ontwikkelaars is Micropub een uitstekend protocol om simpele, kleine en snelle interfaces te bouwen voor bijvoorbeeld klanten en gebruikers van een site. In plaats van het overvolle WordPress edit-scherm, kun je een simpele interface maken met een minimum aan opties. Via Micropub kan dit vervolgens worden verstuurd en verwerkt op de site zelf.

Hoe installeer je de WordPress Micropub plugin?

De Micropub plugin is te vinden in je beheer onder Indieweb > Extensions of via de officiele WordPress plugin repository. Installeer en activeer de plugin om er mee te kunnen werken.

Micropub plugin

Wat stel je in na installatie van de plugin?

Na de installatie vind je onder het IndieWeb logo de optie Micropub. Eigenlijk is hier niet veel in te stellen behalve de standaard status van het artikel als je via Micropub iets post. Wil je het direct publiceren, eerst als concept (Draft) opslaan of als privé post publiceren? Maak je keuze en sla ze op. Het interessante is dat deze keuze altijd nog is te overschrijven door instellingen in de gebruikte Micropub cliënt . Dat gaan we nu eens testen.

Micropub opties

Hoe test je de Micropub plugin

De Micropub plugin maakt het mogelijk om via andere sites en apps op jouw site te publiceren. Als je deze plugin op je live site hebt geïnstalleerd dan kan het geen kwaad om voor nu de publicatie-optie van de plugin op “Draft” of “Concept” te zetten. Zo komen er geen onbedoelde posts live op je site te staan maar kun je wel zien hoe de plugin werkt.

Er is een groeiend ecosysteem aan Micropub cliënts die verschillende doelen hebben. Zo kun je standaard posts maken op je blog via bijvoorbeeld Quill of Omnibear. Maar met een dienst als Kapowski kun je direct animated gifs posten op je site. OwnYourSwarm maakt het mogelijk om je Swarm checkins op je eigen site te publiceren en te beheren. Ik laat je een paar mogelijkheden zien.

Quill

In de IndieWeb community is Quill is de standaard app om je Micropub plugin of implementatie te testen. De app is gemaakt is Aaron Parecki en biedt direct al veel mogelijkheden om verschillende soorten posts te maken. Omdat het open source is, kun je Quill op je eigen server installeren, zodat je werkelijk controle hebt over het hele traject.

Als je naar Quill gaat zie je dat je kunt inloggen met je eigen domeinnaam. Sterker nog, dat is de enige manier om in te loggen. Zorg dus dat je de IndieAuth plugin hebt geïnstalleerd op je WordPress blog.

Vul je domeinnaam in en klik op Sign In. Je krijgt nu een extra venster waarin je kunt checken welke rechten je gaat geven aan Quill. Standaard is dit Create Update Media wat betekent dat je nieuwe posts kunt maken, bestaande posts kunt aanpassen en afbeeldingen kunt uploaden naar je site. Klik op Authorize.

Vervolgens log je in op je eigen site en zie je de authorisatie die je geeft aan Quill. Klik weer op Authorize. Nu ga je terug naar Quill en zie je dat je bent ingelogd. Dit scherm zie je veelal maar één keer. In het vervolg ga je direct naar het scherm om je post te maken. Klik op Continue

Quill note editor

In het volgende scherm zie je een simpele editor om een post te maken. Je kunt bijvoorbeeld een korte notitie maken, zoals een tweet. Of een langere post. Je kunt tags toevoegen en afbeeldingen. Als je wilt kun je je locatie mee sturen en die beschikbaar stellen op je site. Natuurlijk is dat geen vereiste. Laat de checkbox uitgevinkt staan als je dat liever niet hebt.

Je ziet bij de editor een Twitter logo staan. Want het is mogelijk om via je eigen site direct op Twitter te publiceren. Hier kom ik in een later artikel nog op terug.

Klik op Post en je zult zien dat je direct naar je blogpost gaat. Zo simpel is het eigenlijk. Quill heeft eveneens een meer volledige editor met opmaakmogelijkheden. Probeer het allemaal eens uit en kijk wat je prettig vindt werken.

Quill volledige editor

Quill heeft eveneens de mogelijkheid om bepaalde post-formats te versturen. Denk aan het favoriten/liken van een webpagina, of het bookmarken van een pagina.

Zo kun je op je eigen site een lijst maken van bookmarks en likes. Wat je daar mee doet is helemaal je eigen keuze, evenals hoe je dit vormgeeft of vrijgeeft. Je vindt mijn bookmarks op een eigen pagina, evenals de likes. Ik geef deze vorm door middel van de Post Kinds plugin, die ik in een apart artikel bespreek.

Quill en Micropub doet niets meer dan de informatie van de app naar WordPress sturen. Hoe ik met die informatie omga, wat ik wel en niet laat zien, dat heb ik zelf in de hand. Of je webbouwer kan je daar bij helpen natuurlijk.

Quill is een vrij complete suite om op je eigen site te posten. Wil je je Micropub nog verder testen dan kun je eveneens terecht bij Micropub.rocks die je implementatie van de plugin kan testen en valideren. Let op, deze testsuite gebruikt niet je domeinnaam om je te valideren, maar doet dat via e-mail.

Na inloggen kun je je domeinnaam toevoegen en diverse tests doen om te zien hoe je Micropub implementatie werkt. De tests zijn wat meer toegespitst op ontwikkelaars, dus hou daar rekening mee als je er mee aan de slag gaat.

Als je Quill hebt getest en je Micropub plugin goed werkt, kun je allerlei andere Micropub cliënts gebruiken om posts op je site te maken. Zo is er bijvoorbeeld Micropublish.net wat veel van dezelfde functionaliteit biedt, maar in een andere vormgeving. Omnibear is een browser-extensie om snel bookmarks, posts en antwoorden te sturen via je eigen site. Kapowski is een leuke app om animated gifs te zoeken en direct te publiceren op je blog. Of wat te denken van OwnYourSwarm, waarmee je je Swarm checkins op je eigen site kunt publiceren. Je hebt hier nog wel wat extra werk om de vormgeving op je site goed te maken en de juiste data te tonen. Maar de koppeling is makkelijk te leggen met OwnYourSwarm om zo je eigen data in bezit te houden.

Op de Indieweb wiki is een groeiende lijst met apps te vinden die Micropub gebruiken. Probeer er een paar uit en kijk wat je bevalt.

Micropub en iOS Shortcuts

Ik gebruik het principe van Micropub zelf om snel en zonder al te veel poespas iets op mijn site te publiceren. Immers, als ik met een paar kliks iets op Twitter kan zetten, waarom zou het dan zo moeilijk zijn om dat mijn blog te doen? Op de iPhone zit standaard de Shortcuts (Opdrachten) app. Hiermee kun je een hoop zaken automatiseren op en rond je iPhone. Zo heb ik het (met hulp!) mogelijk gemaakt om heel snel een blogpost of artikel te liken of bookmarken op mijn eigen site. Ik doe dit met de Shortcuts app, die weer gebruik maakt van Micropub, standaard internet protocollen, om informatie te sturen naar mijn site. Zo kan ik heel snel iets opslaan op mijn eigen site in plaats van een andere plek zoals Pocket of Instapaper. Want hoe erg ik ook fan was van laatstgenoemde, afgelopen jaar was Instapaper lange tijd niet beschikbaar voor Europese gebruikers.

Het instellen en gebruiken van iOS Shortcuts kun je binnenkort in een apart artikel teruglezen.

Micropub voor ontwikkelaars

Maak je WordPress plugins of andere apps waarmee publicatie en uploaden van media een onderdeel is, dan raad ik je aan om eens naar de Micropub specificaties te kijken. In plaats van een API kun je dit protocol wellicht prima inzetten, het is redelijk eenvoudig te implementeren en het is een open protocol. Op zowel de wiki als bij W3C vind je meer informatie. De WordPress Micropub plugin heeft diverse filter-mogelijkheden en het ondersteunt diverse extensies.

Hoe nu verder?

Als je de serie artikelen volgt heb je nu de mogelijkheid om met je eigen WordPress site in te loggen (IndieAuth) en om via alternatieve diensten posts te schrijven en te publiceren (Micropub). Je hebt dus nu al een betere controle over je eigen identiteit én je eigen data. In het vervolgartikel laat ik je zien hoe je verschillende vormen van Micropub posts kunt weergeven op je eigen site via de Post Kinds plugin.

Headerfoto: Branden Harvey

Opgeslagen onder: indieweb Tags: bloggen, handleiding, howto, micropub, WordPress

Hoe gebruik je IndieAuth met WordPress

23 October 2019 door Frank Meeuwsen 9 Comments

Dit is het tweede artikel in een serie (hier is deel 1) waarin ik je wil uitleggen hoe je met een WordPress site gebruik kunt maken van de diverse IndieWeb plugins. Zoals het kunnen inloggen op andere sites met je eigen domeinnaam, reageren op andere sites met je eigen blog en nieuwe artikelen plaatsen met andere applicaties.

In dit artikel leer je hoe je met een WordPress plugin een identiteitsprovider maakt van je eigen site.

Wat is IndieAuth?

IndieAuth is een protocol wat verder bouwt op het bestaande authorisatie protocol Oauth 2.0. Voor dit artikel wil ik niet te diep in de achterliggende technologie duiken maar je uitleggen hoe jij het zelf kunt gebruiken op je WordPress site. Wil je meer weten over de exacte werking van Oauth en IndieAuth dan kan ik je het uitstekende artikel “OAuth for the Open Web” van Aaron Parecki aanbevelen, de architect van IndieAuth.

Wat IndieAuth doet doet is van je eigen site een zogenaamde identiteitsprovider maken. Een plek waarmee je kunt inloggen op andere sites. Je kunt dan gebruik maken van een webdienst zonder een nieuwe loginnaam en wachtwoord aan te maken of gebruik te moeten maken van een sociaal netwerk om in te loggen.

De dienst moet natuurlijk wel IndieAuth ondersteunen. Dat is op dit moment nog niet heel wijdverspreid, anders dan de diverse IndieWeb diensten die ik later zal bespreken.

IndieAuth maakt gebruik van bestaande webtechnologie en heeft een URL als identificatiemiddel. Dit maakt het breed bruikbaar op het web van vandaag en kan snel worden geïntegreerd in bestaande sites en platformen. Een voorbeeld kun je al vinden bij IndieLogin, inclusief uitleg hoe dit bij bestaande diensten kan worden ingebouwd.

Waarom is dit handig?

Je bent vast en zeker wel eens bij een andere site ingelogd met je Facebook account of je Twitter profiel. Wat je dan eigenlijk doet is jezelf afhankelijk maken van die derde partij om jouw inlog te regelen. Vaak zullen het diensten zijn die niet heel kritisch zijn voor je dagelijkse bestaan, maar toch, op elk moment kan een dienst besluiten om die inlogservice te stoppen, de voorwaarden eenzijdig te wijzigen of om meer van je persoonlijke data van het netwerk beschikbaar te stellen aan de eigenaar van de dienst.

Loginpagina met meerdere sociale netwerken

Op de IndieWeb Wiki staat het fraai uitgelegd: “IndieAuth is part of taking back control of your online identity. Instead of logging in to websites as “you on Twitter” or “you on Facebook”, you should be able to log in as just “you”. ”

Tevens kan het zorgen voor het NASCAR-probleem. Net als bij de race-auto’s worden login pagina’s een kakofonie van logo’s. Niet alleen is het visueel onaantrekkelijk, het zorgt er voor dat je als gebruiker begint te twijfelen met welke dienst je oorspronkelijk was ingelogd.

Hoe installeer je de WordPress IndieAuth plugin?

Screenshot van de IndieAuth plugin

Als je de IndieWeb plugin al hebt geïnstalleerd kun je met een klik de IndieAuth plugin installeren. In je WordPress beheer ga je naar IndieWeb > Extensions en installeer je IndieAuth. Natuurlijk kun je de plugin ook apart installeren via de WordPress Plugins schermen.

Wat stel je in?

Na installatie en activatie vind je onder het IndieWeb logo in je WP admin een nieuw onderdeel “IndieAuth”. Hier zie je de zogenaamde endpoints genoemd. Dit zijn de plaatsen waar andere applicaties gaan kijken of jouw inlog klopt als je IndieAuth gebruikt en eventueel een extra authorisatie code krijgen om meer rechten te krijgen op je site. Je ziet dat dit endpoint op je eigen domein is.

Instellingen pagina in WordPress

Web Sign-in

De optie Web Sign-In is vooral interessant als je met meerdere auteurs een blog hebt en deze auteurs eveneens een eigen site hebben met IndieAuth. (Volg je het nog?) De auteur kan dan bij jou inloggen via een eigen domein in plaats van een login en wachtwoord combinatie. Hiervoor is het nodig dat in het profiel van de auteur de URL van de eigen site staat. Hierna kan je via de knop Web Sign-In in het loginvenster je eigen domein invullen, je gaat dan naar je eigen site om akkoord te geven en je bent ingelogd.

Het interessante is dat de andere auteur niet per se een WordPress site hoeft te hebben. Als je maar IndieAuth ondersteunt dan kun je via je eigen site inloggen. Zo heb je dus geen lock-in voor een bepaald CMS of platform.

De optie set user to represent site URL is handig als je een site hebt met meer auteurs. Met deze optie geef je aan wie is ingelogd als je de URL van de site gebruikt. Als je met meerdere auteurs bent, kan elke auteur met zijn eigen auteurs-URL inloggen. In het geval van WordPress is dat https://url/author/auteursnaam. Op mijn testsite is het bijvoorbeeld https://frankmeeuwsen.xyz/author/frankmeeuwsen/

Hoe test je de plugin?

Net als in ons vorige artikel gaan we weer inloggen bij de IndieWeb Wiki. Deze stappen zijn allemaal hetzelfde. Op de IndieWeb wiki, klik op login rechtsboven.

Op de volgende pagina vul je wederom je eigen domeinnaam in. Maar je zult nu zien dat je niet naar Twitter gaat om je te identificeren. Je krijgt nu een scherm van je WordPress site die je vraagt of je inderdaad wilt inloggen. Klik op Authenticate en je gaat direct terug naar de wiki en bent ingelogd.

Login met je eigen site

Andere voorbeelden van deze login zullen we zien bij de installatie en gebruik van Micropub apps, waarmee je op je eigen site kunt publiceren, en indiereaders, die het mogelijk maken om je RSS-abonnementen op je eigen domein te beheren en te gebruiken.

Mogelijke problemen

Er zijn gevallen bekend (met name bij Dreamhost) dat de IndieAuth plugin niet goed werkt omdat een specifiek deel van de communicatie tussen plugin en server wordt tegengehouden door de hostingprovider. Dit gaat om de Authorization header. Als je het idee hebt dat dit bij jou het geval is, dan zul je dit met je hostingprovider moeten oplossen. In de IndieWeb-WordPress chatkanalen zijn altijd mensen die je kunnen helpen om de juiste vraag te stellen voor je hostingprovider.

Hoe nu verder?

Zoals gezegd in het begin, er zijn nog niet veel diensten die IndieAuth ondersteunen. De diensten díe het ondersteunen, bieden vaak de mogelijkheid om ook iets op je site te publiceren. Dat gebeurt via het webprotocol Micropub. Daarom kan ik je aanraden om snel door te gaan met de installatie van een Micropub plugin en werkelijk te ervaren hoe identificatie als de “echte jij” je helpt om je eigen plek op het web mooier te maken.

Headerfoto: Jason Pofahl

Opgeslagen onder: indieweb Tags: handleiding, howto, indieauth, plugin, uitleg, WordPress

WordPress en het indieweb

23 October 2019 door Frank Meeuwsen 19 Comments

Als je besluit om je eigen site of blog te starten, dan is de keuze in te gebruiken technologie behoorlijk groot. Je kunt alles zelf met de hand bouwen, maar daar moet je behoorlijk wat kennis voor hebben van HTML en andere programmeertalen. Je kunt er voor kiezen om een bestaande dienst te gebruiken zoals Squarespace of Tumblr. Na een paar klikken kun je beginnen met het vullen van je site, maar het nadeel is dat je een andere dienst gebruikt die plots de regels kunnen aanpassen wat wel en niet is toegestaan. Iets wat nog niet zo lang geleden bij Tumblr gebeurde. Tussen deze twee uitersten zit een groot grijs gebied met allerlei mogelijkheden. In een korte serie blogposts wil ik je uitleggen hoe je met WordPress aan de slag kunt om je eigen blog meer mogelijkheden te geven om de eigen controle te houden. Dat laatste is één van de bouwstenen van de Indieweb gedachte.

Met je eigen blog meer controle over je identiteit op het web

Wat is het indieweb ook weer?

Het Indieweb is niet een nieuw sociaal netwerk of een dienst om je site onder te brengen. Het is een gedachtengoed wat al terug gaat naar de begindagen van het web, een tijd vol creativiteit en interactiviteit op een decentraal wereldwijd netwerk.

Het Indieweb kun je definiëren als in het bezit zijn van een eigen domeinnaam waar je een eigen website op presenteert. Je doet dat om jezelf te identificeren én idealiter om met anderen te communiceren op het internet.

Het is in essentie een aantal softwarematige afspraken, protocollen, waarmee je op je blog hun sociale gegevens onafhankelijk op hun eigen webdomeinen kunnen onderhouden in plaats van op grote, gecentraliseerde sociale netwerkdiensten.

Het Indieweb gaat uit van drie principes

  • Controle over je online identiteit – Met een eigen domein toon je je eigen identiteit en bepaal jij zelf wat er mee kan gebeuren.
  • Controle over je online data – Op een eigen site kun je publiceren wat, wanneer en in welke lengte je wilt. Je bent niet afhankelijk van de beperkingen die een online service je oplegt. Alles wat je online plaatst is van jou. Als een service buiten dienst raakt, ben je niet al je content kwijt. Even zo goed als je ongewild wordt buitengesloten van een online dienst.
  • Controle over je online communicatie – Waarom zou je je beperken met het communiceren via één netwerk terwijl het net zo goed mogelijk is om dit via je site te doen? Zo kunnen meer mensen reageren op je bericht zonder dat ze lid hoeven te zijn van een sociaal netwerk.

Dat klinkt allemaal fantastisch, maar de grote vraag is, hóe dan? Welke stappen kun je zetten met je blog om die controle te krijgen. Pak je WordPress beheer er bij, dan gaan we aan de slag!

Wat kun je met WordPress op het indieweb?

WordPress is de meestgebruikte publicatiesoftware op het web deze dagen. Een groot deel van het internet wordt beheerd door WordPress software. Nu zullen dat niet allemaal volwaardige blogs zijn, WordPress (WP) is eveneens in te zetten als een simpel beheer voor een website met bijvoorbeeld vijf bedrijfspagina’s. Je installeert WP op een eigen server (of je laat het installeren) en je bent zelf verantwoordelijk voor de updates, voor de invulling en aankleding van je site. WordPress heeft een enorme community van makers die uitbreidingen (plugins) en templates (themes) maken voor de software. Plugins zijn vaak gratis, soms betaal je voor een uitgebreide versie met meer mogelijkheden. WordPress themes zijn zowel gratis als betaald.

Door de community van makers zijn er al diverse plugins beschikbaar die aansluiten op het werk wat in het indieweb is gedaan. Het voordeel is dat de plugins veelal simpel in gebruik zijn. Je installeert ze en je kunt ze direct gebruiken. Het nadeel is dat nog niet alle themes in WordPress en aanpalende plugins rekening houden met de protocollen en werkwijzen die gelden voor de indieweb-bouwstenen. Dat kan soms voor verrassingen zorgen. In deze reeks artikelen zal ik bijhouden waar de aandachtspunten liggen, waar eventuele bugs kunnen ontstaan en wat je hier aan kunt doen. Het internet hangt aan elkaar van kleine systemen en protocollen die op wonderlijke wijze met elkaar samenwerken. Het indieweb is niet veel anders.

Heb je speciale themes nodig?

Nu we weten dat nog niet alle WordPress themes rekening houden met de mogelijkheden en eisen vanuit de Indieweb plugins, er zijn op dit moment drie themes die in zekere zin gemaakt zijn voor de Indieweb plugins.

  • Sempress (download) – Dit is de oudste van de drie. Het is een redelijk basic theme, echt gemaakt om mee te bloggen.
  • IndieWeb Publisher (download) – Dit is het theme wat ik op mijn blog gebruik. Ik heb eveneens een child-theme gemaakt, waarmee ik specifieke wijzigingen aan de site en de functionaliteit kan doen zonder het originele theme te breken. Als IndieWeb Publisher een nieuwe versie krijgt kan ik die vervolgens veilig installeren zonder mijn eigen aanpassingen kwijt te zijn. Voor de demo’s in de komende artikelen zal ik eveneens dit theme gebruiken.
  • Autonomie (download) – Dit theme is net als Sempress van Matthias Pfefferle. Ik zie het als een wat nieuwere, meer opgefriste versie van Sempress. Het heeft de uitstraling van de Medium-blogs, met grote headers en meer witruimte.

Op de wiki zijn nog een paar themes te vinden, maar naar mijn weten zijn deze meer gericht op ontwikkelaars om custom themes mee te maken. Met de drie bovenstaande kun je redelijk uit de voeten.

Welke WordPress plugin heb je nodig?

Er is één overkoepelende Indieweb plugin (WordPress download | Github broncode) beschikbaar. Deze voegt aan je profiel extra velden toe om je site en je identiteit vast te stellen voor de indieweb mogelijkheden. Verder helpt de plugin helpt je om andere Indieweb plugins makkelijk te installeren. Hoe je die installeert, instelt en gebruikt leg ik per plugin uit in vervolgartikelen:

  • IndieAuth (Blogpost | WordPress | Github)
  • Micropub Plugin (Blogpost | WordPress | Github)
  • Post Kinds (Blogpost | WordPress | Github)
  • Webmentions (Blogpost | WordPress | Github)
  • Semantic Linkbacks (WordPress | Github)
  • Syndication Links (WordPress | Github)
  • Websub (WordPress | Github)

Hoe installeer je de Indieweb plugin?

Speciaal voor deze artikelen heb ik een testblog ingericht waar ik kan laten zien hoe alles werkt in een zo kaal mogelijke omgeving. Ik heb op mijn domein frankmeeuwsen.xyz WordPress geïnstalleerd met het Indieweb Publisher theme. Ik gebruik de Engelstalige versie van WordPress, alle menu’s en schermafbeeldingen die ik noem hebben dus Engelse termen en teksten.

Als je bekend bent met WordPress weet je dat je nieuwe plugins installeert via Plugins > Add New. Hier zoek je op Indieweb waarna je een aantal zoekresultaten krijgt. Je hebt de Indieweb for WordPress plugin nodig, gemaakt door IndieWebCamp WordPress Outreach Club. Klik op Install Now en vervolgens Activate.

Indieweb for WordPress install screen

Na het activeren zie je in de linkernavigatie van je WordPress beheer een nieuw item: IndieWeb. Klik en je komt op een korte uitlegpagina wat deze plugin doet: Het geeft een overzicht van de extra plugins die je kunt installeren en het voegt extra code (rel=me) toe in de broncode van de site.


Als je na activatie naar je profielpagina in het WordPress beheer gaat zie je dat er extra invoervelden zijn toegevoegd. Je kunt nu eveneens de volgende netwerken toevoegen: Github, Micro.blog en Flickr.

Daarnaast kun je een telefoonnummer invoeren en een PGP sleutel als je die hebt. Dit zijn allemaal optionele velden. Verder vind je onderaan de pagina nog meer velden die je identiteit bepalen. Zoals je adres, beroep en mogelijk extra sites. Het is aan jezelf hoeveel je wilt invullen. Ik gebruik zelf alleen de netwerk-velden. Als je deze hebt opgeslagen staan in de broncode van je site extra velden. Deze zijn in de vorm <link rel="me" href="https://github.com/frankmeeuwsen/">.

Extra rel=me velden in de broncode van de site

Dit is niet zichtbaar als je de site bezoekt, maar als een andere machine je site bezoekt, kan hij aan deze lijst met links afleiden dat jij bent wie je zegt dat je bent. Je geeft extra hints hoe een machine jouw identiteit kan bepalen en met welke andere sites hij dit kan controleren. Hier komen we nog op terug als we naar IndieAuth kijken en we gaan kijken hoe je met je eigen site kunt inloggen op andere sites.

Wat stel je daarna in?

Er is verder niet veel in te stellen voor deze plugin. Het maakt je site verder klaar om meer IndieWeb plugins te installeren. Het belangrijkste is dat je met deze plugin automatisch je identiteit vaststelt op je eigen website in plaats van op een website van een andere partij zoals Facebook of LinkedIn. Dit zijn zeker sites waar een deel van je online identiteit is vastgelegd, maar het zijn sites waar je niet zelf volledig de controle over hebt.

Je kunt de Indieweb plugin en je rel=me links testen met IndieAuth en met de Indieweb wiki. Beide sites kijken welke rel=me links er op je site zijn te vinden en probeert daarna of je kunt inloggen met deze diensten. Je identificeert jezelf met je domeinnaam terwijl je gebruik maakt van de authenticatie van andere partijen.

IndieAuth

Op de setup pagina van IndieAuth.com lees je exact hoe je hun dienst kunt testen. De eerste stap is al gezet, met de IndieWeb plugin en je profielpagina heb je rel=me links in de broncode van je site. Stap twee is belangrijk. Op je profielpagina van een sociaal netwerk moet een link terug staan naar je homepage. Dit is de check die wordt gemaakt door IndieAuth. Want op bijvoorbeeld Github heb jij de mogelijkheid om de link naar je homepage aan te passen, een bewijs dat jij bent wie je zegt dat je bent op je eigen site.

Helaas werkt IndieAuth nu alleen nog met Github. De mogelijkheden bij Twitter en Instagram zijn gedeactiveerd door de diensten zelf (zo zie je maar…) en micro.blog biedt nog geen mogelijkheid om als identiteitsprovider op te treden. Jammer. Maar voor WordPress gebruikers is het mogelijk om zelf als IndieAuth provider op te treden. Dat leg ik in een volgend artikel uit.

IndieWeb Wiki

Je kunt al wel succesvol de koppeling met de IndieWeb wiki testen. Dit gaat als volgt: Zorg allereerst dat je op Twitter in de website van je bio een link plaatst naar je eigen site.

Pas je Twitter bio aan.

Vervolgens ga je naar indieweb.org, hier zie je rechtsboven de Log in mogelijkheid.

Klik en je gaat naar een volgende pagina. Hier vul je je domeinnaam in, inclusief https://.

Nu ga je naar Twitter. Als je nog niet bent ingelogd zul je dat eerst moeten doen, daarna vraagt IndieLogin om toegang tot je Twitter account.

Klik op App autoriseren en je gaat weer terug naar Indieweb.org. Nu ben je ingelogd met je eigen site zoals je kunt zien rechtsboven in de pagina.

Als je op je domeinnaam klikt ga je naar je gebruikerspagina op de wiki. Je kunt deze nu aanmaken via Create en je eigen informatie hier plaatsen.

Het voert te ver voor dit artikel om uit te leggen hoe je met een wiki werkt. Maar kijk bijvoorbeeld naar mijn pagina en kies View Source bovenin om de code te zien. Kopieer en plak deze naar je eigen pagina, pas aan waar nodig en klaar!

Hoe nu verder?

In de volgende blogpost gaan we de IndieAuth plugin installeren, waarmee het mogelijk wordt om in te loggen op diverse indieweb sites met je eigen website. Je hoeft dan geen extra loginnaam en wachtwoord te maken én het is niet nodig om in te loggen met een profiel van een sociaal netwerk, waarmee mogelijk meer informatie naar de service wordt gestuurd.

Headerfoto: Sara Kurfeß

Opgeslagen onder: indieweb Tags: howto, indieweb, WordPress

  • Go to page 1
  • Go to page 2
  • Go to Next Page »

Footer

Wat is dit?

Frank MeeuwsenDigging the Digital is de digital garden of commonplace book van Frank Meeuwsen. Onderwerpen variëren van indieweb tot nieuwsbrieven, bloggen, muziek en opvallende gebeurtenissen op het internet.

Meer Frank

Bloghelden - De definitieve geschiedenis van webloggend Nederland

Op deze dag

  • 2 years ago...
    • Niet alle RSS readers zijn hetzelfde
    • Het gedoe met sommige posts
    • No more platforms please
    • Adding Webmention Support from Scratch
  • 3 years ago...
    • Lock Down, Seeking New Normal, Yet Still Tempus Fugit
    • Omdat de rij bij de online boodschapp...
    • I'm not ignoring the pandemic, I'm just not writing about it
  • RSS
  • LinkedIn
  • GitHub
  • Mastodon
← An IndieWeb Webring →

Archives

  • Likes (268)
  • Bookmarks (267)
  • Notes (134)
  • Replies (53)
  • Articles (724)
  • All Posts

Digging the Digital staat op de state of the art server van Servebolt.
De snelste high-performance hosting met een sterke focus op schaalbaarheid en veiligheid.