Voor alles is een eerste keer. Vanochtend liet ik een handschoen vallen in de gang. Of zoals ik soms zeg, ik liet hem niet vallen, de handschoen besloot iets anders te doen. Nu is dat moment niet zo uniek, objecten om mij heen besluiten wel vaker iets anders te doen dan ik ze commandeer. Ik pakte de handschoen en met de beweging terug omhoog stootte ik onverwacht en vrij hard mijn hoofd tegen de onderkast van de meterkast.
Ja… dat gevoel. Ken je het? Alsof je een spies in je hoofd krijgt. Het werd even zwart, ik zag sterretjes en voelde me duizelig. Na een paar minuten ging het weer en voelde ik me goed om op pad te gaan.
Maar halverwege de ochtend gaat het slechter. Ik zit duizelig achter mijn beeldscherm, als ik twee trappen op loop voel ik me misselijk. Ik probeer het nog een uurtje maar ik heb overal pijn in mijn hoofd. Ik meld me ziek en fiets héél rustig naar huis. Ik voel het draaien en mijn benen zijn zwaar.
Eenmaal thuis val ik direct in slaap. De hele middag slaap ik door. Ik ben net weer wakker geworden, zo rond etenstijd. Natuurlijk. Niets dierlijks is mij als mens vreemd. Maar ik voel me nog steeds niet goed. De pijn in mijn hoofd is er, ik ben nog altijd duizelig en her en der in mijn lijf voelt het anders. Schouders, maag, benen.
Als dit morgenochtend nog is, dan ga ik eerst naar mijn huisarts. Het zal me toch niet gebeuren dat ik door een eigenwijze handschoen een hersenschudding oploop!